Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/2845/GB, 21 december 2009, beroep
Uitspraakdatum:21-12-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 09/2845/GB

Betreft: [klager] datum: 21 december 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. A.P.M.A. Laeyendecker, namens

A.P. Heesbeen, verder te noemen klager,

gericht tegen een op 6 oktober 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot plaatsing in een (zeer) beperkt beveiligde inrichting (hierna (z.)b.b.i.) afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 13 januari 2003 gedetineerd. Hij verblijft sedert 6 juli 2007 in de gevangenis Grave, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
De informatie van de Criminele Inlichtingen Eenheid (CIE) betreft onvoldoende reden om van detentiefasering af te zien. Weliswaar heeft het Gedetineerden Informatie Recherchepunt (GRIP) de informatie gecontroleerd en vastgesteld dat er een melding is
binnengekomen, maar dit zegt niets over de betrouwbaarheid van de melding. Na de melding is blijkbaar geen enkel (politie)onderzoek opgestart.
Klager heeft grote twijfels over de melding. Blijkbaar is een telefoontje genoeg om klager ‘dwars te zitten’. Er is geen enkele andere aanwijzing, waaruit blijkt van enig gevaar. Verzocht wordt om onderliggende stukken, waaronder in ieder geval het
advies van de politie Brabant Noord, aan klagers raadsman toe te zenden.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
In verband met liquidatiegevaar en de daaruit voortvloeiende openbare onrust komt klager vooralsnog niet in aanmerking voor vrijheden. Bij de CIE is in de maand juni 2009 van een informant de volgende informatie binnengekomen. In Oss gaat het gerucht
dat [klager] uit [...] geliquideerd wordt zodra hij voor de eerste keer met verlof komt. [Voornaam klager] gaat in juli voor de eerste keer met verlof. De opdrachtgever van deze liquidatie zou komen uit de hoek van de familie van de man die in 2003
door
[voornaam klager] is vermoord. Het GRIP heeft de informatie gecontroleerd en vastgesteld dat het voorgaande heeft plaatsgevonden. Over de betrouwbaarheid van de informant kon geen oordeel worden gegeven.
Klager is in januari 2003 aangehouden, omdat hij tijdens een ruzie op een nieuwjaarsreceptie een man heeft doodgeschoten. Voor dit feit is hij veroordeeld tot een gevangenisstraf van twaalf jaar.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk
risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres.

4.2. In de toelichting op dit artikel (Staatscourant 12 september 2000, nr. 176, pagina 9) staat dat bij de plaatsing in zeer beperkt en beperkt beveiligde inrichtingen de beoordeling of de gedetineerde geschikt is tot terugkeer in de samenleving
een
belangrijke rol speelt. Indicator bij de beoordeling daarvan is of de gedetineerde reeds eerder tijdens de huidige detentie met goed resultaat bewegingsvrijheid (onbegeleid) buiten de inrichting heeft genoten (algemeen verlof, schorsing van de
preventieve hechtenis, incidenteel verlof, strafonderbreking), alsmede of zich daarna omstandigheden hebben voorgedaan die aan deze indicator ernstig afbreuk doen. Gelet op het open karakter van de inrichting of afdeling spelen de aard, zwaarte en
achtergrond van het gepleegde delict en de persoonlijkheid van de gedetineerde een rol bij de beoordeling of betrokkene geschikt is voor plaatsing in een zeer beperkt of beperkt beveiligde inrichting of afdeling.

4.3. Door de selectiefunctionaris is gesteld dat de CIE informatie heeft verkregen van een informant die inhield dat er liquidatiegevaar voor klager zou dreigen tijdens verlof. Door het GRIP is de informatie gecontroleerd en vastgesteld dat er
inderdaad sprake was van een melding, maar over de betrouwbaarheid van de informant kon het GRIP geen oordeel geven.
Nu de afwijzing van klagers verzoek om detentiefasering in het bijzonder lijkt te rusten op een mededeling van een informant over wiens betrouwbaarheid de GRIP geen uitspraak kan doen, is de beroepscommissie van oordeel dat, zonder dat blijkt van enig
nader onderzoek naar die informatie, de beslissing van de selectiefunctionaris onvoldoende met redenen is omkleed. Zij zal het beroep gegrond verklaren en de bestreden beslissing vernietigen.
De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 21 december 2009.

secretaris voorzitter

Naar boven