Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1781/TA, 12 november 2009, beroep
Uitspraakdatum:12-11-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/1781/TA

betreft: [klager] datum: 12 november 2009

De beroepscommissie als bedoeld in art. 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. D.W.H.M. Wolters, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 19 maart 2009 van de beklagcommissie bij het FPC Veldzicht te Balkbrug, verder te noemen de inrichting,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 25 september 2009, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Vught, is klager gehoord, bijgestaan door zijn raadsman
mr. D.W.H.M. Wolters. Tevens was aanwezig mevrouw mr. A.L. Louwerse, advocaatstagiaire.

Het hoofd van de inrichting heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

De raadsman heeft bij brief van 15 oktober 2009 een nadere toelichting gegeven.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft a. de omstandigheid dat klager werd gestoord door het gedrag van een medewerker, b. de gevolgen van de overplaatsing van FPC Veldzicht te Balkbrug naar de locatie Grittenveld te Hoogeveen.

De beklagcommissie heeft klager niet-ontvankelijk verklaard ten aanzien van onderdeel a. van zijn beklag en het beklag ten aanzien van onderdeel b. ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.

Ten aanzien van onderdeel a.
De beklagcommissie heeft deze klacht niet-ontvankelijk verklaard. Hoewel klager op de hoogte is van de jurisprudentie op dit gebied wenst hij het beroep te handhaven.
Het betreffende personeelslid stootte tijdens het biljarten meerdere malen met zijn keu tegen de deur van klager en hierdoor werd klager gestoord. Het personeelslid weigerde hiermee op te houden en klager heeft dit als ‘pesterij’ ervaren. Het kan niet
zo zijn dat geen enkele gedraging van een personeelslid beklagwaardig is.

Ten aanzien van onderdeel b.
Veldzicht heeft klager aangeboden voor ruiling en aangezien dit nog wel enige tijd kon duren is klager in de tussentijd overgeplaatst naar Grittenveld.
Door zijn overplaatsing naar Grittenveld kon klager geen bezoek in het weekeinde ontvangen en is hij beperkt in zijn recht op luchten en arbeid. Klager heeft de eerste drie weken op de afdeling voor vreemdelingen verbleven en is vervolgens geplaatst op
de motivatieafdeling. Klager kon in Veldzicht gedurende de hele dag vrij bewegen en ook naar buiten. In Grittenveld kon klager alleen de afdeling af onder begeleiding en werd hij slechts twee keer per dag een half uur gelucht. In Veldzicht werkte
klager
tweeëndertig uur per week en in Grittenveld slechts twintig uur.
Klagers zuster en zwager kwamen voorheen éénmaal per maand in het weekeinde bij klager op bezoek. Vanwege het rooster van Grittenveld en hun werk was bezoek in het weekeinde niet meer mogelijk. Dit was ook de reden dat klager geen bezoek heeft
aangevraagd, omdat zijn familie toch niet doordeweeks kon komen. Klager meent dat hij in zijn bezoekrecht is beperkt.

Het was beter geweest als klager in Veldzicht was gebleven in afwachting van overplaatsing. Klager heeft drie maanden in Grittenveld verbleven.

Het hoofd van de inrichting heeft bericht te persisteren bij zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie.

3. De beoordeling
Hetgeen in beroep is aangevoerd ten aanzien van onderdeel a. kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot een andere beslissing leiden dan die van de beklagcommissie. Het beroep zal derhalve ongegrond worden verklaard.

Ten aanzien van onderdeel b. overweegt de beroepscommissie het volgende.
Uit de stukken blijkt dat er een verstoorde behandelrelatie was ontstaan tussen klager en Veldzicht. Met instemming van klager en zijn raadsman is klager aangemeld voor een wederzijdse overplaatsing. In afwachting van opname in een andere inrichting is
klager vervolgens op 24 juli 2008 overgeplaatst naar de locatie Grittenveld. Klager is op 20 oktober 2008 in het FPC Dr. van Mesdag geplaatst.

Vaststaat dat in Grittenveld een soberder regime geldt dan in Veldzicht en deze overplaatsing heeft voor klager beperkingen opgeleverd. Er is echter geen inbreuk gemaakt op de minimumrechten. Klager behoudt ook zijn recht op bezoek, zoals bedoeld in
art. 37 Bvt. Dat klagers zuster en zwager daar om persoonlijke redenen geen gebruik van hebben gemaakt, doet daar niet aan af.

De beroepscommissie acht de overplaatsing naar de locatie Grittenveld niet
onredelijk of onbillijk, nu klager slechts korte tijd - drie maanden - in Grittenveld heeft verbleven
Het beroep zal ongegrond worden verklaard.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagcommissie.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr.drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, dr. F.A.M. Kortmann en mr. C.A.M. Schaap-Meulemeester, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 12 november 2009

secretaris voorzitter

Naar boven