Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/2788/GV, 11 november 2009, beroep
Uitspraakdatum:11-11-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/2788/GV

betreft: [klager] datum: 11 november 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 1 oktober 2009 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Klager is op 11 augustus 2009 veroordeeld tot een gevangenisstraf van 12 maanden. Indien hij voor verlof in aanmerking wenst te komen, dient hij in Nederland ingeschreven te staan. Klager is
door
omstandigheden niet ingeschreven. Klager heeft getracht zich vanuit de inrichting in te schrijven op een Nederlands adres. Hem is te kennen gegeven dat hij dit persoonlijk moet doen en dat er een identificatieplicht is. Klager is daarnaast van mening
dat de bestreden beslissing op verkeerde gronden is genomen. Zo had niet het Openbaar Ministerie (OM) in Assen moeten adviseren omtrent dat verlof, maar had dat advies moeten komen van de Advocaat-Generaal te Leeuwarden. Klager is van mening dat het
dossier van zijn strafzaak is achtergehouden in Assen om zo te bewerkstelligen dat de Officier van Justitie alsnog een advies kon geven. Ook heeft de politie niet geadviseerd met betrekking tot het verlofadres, dit terwijl dit meerdere malen is
verzocht. Klager is van mening dat dit achterwege blijven van een advies niet tegen hem gebruikt mag worden.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Bij het verzoek om algemeen verlof heeft het OM een negatief advies uitgebracht. Omdat klager geen woon- of verblijfplaats in Nederland heeft, wordt gevaar voor vlucht aanwezig geacht. Het verlofadres is niet gecontroleerd op aanvaardbaarheid. Gelet op
het mogelijke vluchtgevaar en gelet op het ontbreken van een aanvaardbaar verlofadres, is besloten het verzoek om algemeen verlof af te wijzen.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van het huis van bewaring (h.v.b.) De Grittenborgh heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Assen heeft aangegeven dat hij van mening is dat er sprake is van vluchtgevaar nu klager geen vaste woon- of verblijfplaats in Nederland heeft.
De politie van de regio van klagers verlofadres heeft, hoewel meermalen daarom verzocht, geen advies omtrent de aanvaardbaarheid van het door klager opgegeven verlofadres gegeven.

3. De beoordeling
Klager ondergaat thans preventieve hechtenis in verband met de verdenking van het plegen van gekwalificeerde diefstal(len). Voor die feiten is hem in eerste aanleg een gevangenisstraf van 12 maanden opgelegd. De fictieve v.i.-datum valt op of omstreeks
2 mei 2010.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal vijf verlofaanvragen indienen.

Het verzoek om algemeen verlof is afgewezen omdat het OM negatief adviseert in verband met het mogelijke gevaar voor ontvluchting en omdat het door klager opgegeven verlofadres door de politie niet is gecontroleerd op aanvaardbaarheid.
Het negatieve advies van het OM is niet onderbouwd met concrete feiten of omstandigheden die een gevaar voor vlucht aannemelijk zouden maken. Alleen met verwijzing naar het ontbreken van een vaste woon- of verblijfplaats in Nederland dat klemt temeer
nu
klager dat gestelde gevaar heeft weersproken. De omstandigheid dat klagers verlofadres niet is gecontroleerd op aanvaardbaarheid, kan – nu klager daarin geen enkele rol kan spelen – niet aan klager worden verweten. Het had veeleer op de weg van de
Staatssecretaris gelegen om bij de politie nadrukkelijk om een advies omtrent het verlofadres te verzoeken. Op grond van het vorenstaande moet worden geoordeeld dat de bestreden beslissing is genomen op gronden die deze niet kunnen dragen. Die
beslissing dient daarom te worden vernietigd en aan de Staatssecretaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen, met inachtneming van deze uitspraak, binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee weken na ontvangst van deze uitspraak.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 11 november 2009

secretaris voorzitter

Naar boven