Nummer: 09/1589/GB
Betreft: [klager] datum: 25 augustus 2009
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 8 juni 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar de gevangenis Zuyder Bos te Heerhugowaard afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 22 november 2005 gedetineerd. Hij verblijft in de gevangenis Lelystad.
3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klager erkent dat hij in de gevangenis regelmatig bezoek krijgt, maar het kost zijn vrouw veel moeite om een afspraak te maken. De telefoon van de bezoekregistratie wordt vaak niet opgenomen en als ze eindelijk contact heeft krijgt ze meestal te horen
dat het voor die week al vol is. Een vaste afspraak maken is onmogelijk.
Klager is door zijn langdurige verblijf in de gevangenis Lelystad depressief geworden. Een verandering van omgeving zou hem goed doen.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Naar aanleiding van hetgeen klager aanvankelijk had aangevoerd, is aangegeven dat de reisafstand voor klagers echtgenote niet wezenlijk korter wordt bij overplaatsing.
Naar aanleiding van de in beroep aangevoerde argumenten is daaraan toegevoegd dat problemen met het maken van een bezoekafspraak bij de bezoekregistratie onder de verantwoordelijkheid van de directeur valt. Klager heeft zijn gestelde depressiviteit
niet
met medische stukken onderbouwd.
4. De beoordeling
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de
bezoekmogelijkheden is onvoldoende zwaarwegend om tot een ander oordeel te kunnen komen. Voor zover het de problemen met het maken van een bezoekafspraak betreft dient klager zich tot de directeur te wenden. Ook zijn medische gesteldheid kan, nu klager
dit niet met medische stukken heeft onderbouwd, niet tot een ander oordeel leiden. Overigens merkt de beroepscommissie op dat klager thans een aanzienlijk deel van zijn detentie in één inrichting heeft doorgebracht en dat het daarom voorstelbaar is dat
tegemoet kan worden gekomen aan klagers wens van omgeving te veranderen.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 25 augustus 2009.
secretaris voorzitter