nummer: 09/1789/GV
betreft: [klager] datum: 24 juli 2009
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.W.J. Hopmans, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 24 juni 2009 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),
alsmede van de onderliggende stukken.
De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman om het beroep schriftelijk toe te lichten.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.
2. De standpunten
Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De Staatssecretaris stelt ten onrechte dat een verlof op dit moment maatschappelijk onaanvaardbaar zou zijn, omdat er gelet op de recente ontvluchting van klager naar Turkije, geen vertrouwen zou zijn
in
een goed verloop van vrijheden. De tijdelijke ontrekking is voortgekomen uit problemen met de reclassering omtrent de arbeid. Klager had arbeid gevonden in een sportschool in Amsterdam. Hij werkte daar met veel inzet en plezier. Om onduidelijke redenen
werd hem verboden daar te werken. Ook op andere punten is klager tegengewerkt, onder meer met betrekking tot de operatieve ingreep aan zijn knie. Dit alles werd klager psychisch te machtig en daarop besloot hij om tijdelijk naar Turkije te gaan en zo
de
psychische druk te ontvluchten. Klager is echter geheel vrijwillig teruggekeerd naar Nederland met de intentie om de resterende detentie te ondergaan. Echter, voordat klager zich vrijwillig had gemeld, werd hij opgepakt.
Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Gelet op de recente ontvluchting naar het buitenland heeft de Staatssecretaris geen vertrouwen in het verlenen van vrijheden. Klager wijt zijn ontvluchting aan de problemen die
hij met de reclassering had. De reclassering heeft er alles aan willen doen om klager aan een penitentiair programma te laten deelnemen. Een verplicht onderdeel van het penitentiair programma is een 26-uurs-weekinvulling. Klager zocht constant naar
mogelijkheden om onder dingen uit te komen. Hij nam een dwingende en manipulatieve houding aan en nam geen verantwoording voor zijn eigen gedrag. Klager heeft zijn enkelbandje zelf verwijderd en is op 24 juni 2008 naar Turkije gevlucht. Na 10 maanden
is
klager op 20 april 2009 weer aangehouden. Klager heeft laten zien niet goed met vrijheden om te kunnen gaan.
Op klagers verlofaanvraag heeft de directeur van de gevangenis Ter Apel negatief geadviseerd.
3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van zes jaar met aftrek, wegens zware mishandeling. Aansluitend dient hij in totaal 35 dagen principale hechtenisstraf te ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 24 februari 2010.
Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal zes verlofaanvragen indienen.
Klager heeft op 24 juni 2008 tijdens het penitentiair programma zich van zijn enkelbandje ontdaan en is gevlucht naar het buitenland. Na tien maanden, op 20 april 2009, is klager weer aangehouden en ingesloten. De beroepscommissie is van oordeel dat
voornoemde omstandigheid een forse contra-indicatie vormt voor verlofverlening en dat deze een afwijzing van klagers verlofaanvraag rechtvaardigt. Derhalve kan de beslissing van de Staatssecretaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen
en gelet op de weigeringsgronden zoals bedoeld in artikel 4 onder a van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris,
op 24 juli 2009
secretaris voorzitter