Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/1086/GA, 27 juli 2009, beroep
Uitspraakdatum:27-07-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 09/1086/GA

betreft: [klager] datum: 27 juli 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 26 februari 2009 van de beklagcommissie bij de gevangenis Lelystad,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 15 juli 2009, gehouden in de locatie De Berg van de penitentiaire inrichtingen Arnhem, zijn gehoord klager, bijgestaan door zijn raadsvrouw mr. P.M. Breukink, en [...], unit-directeur bij voormelde gevangenis.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft – voor zover in beroep aan de orde – het tekortschieten van de directeur in zijn zorgplicht met betrekking tot de mogelijkheid van ongestoord telefooncontact.
De beklagcommissie heeft het beklag in zoverre ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
De beklagcommissie heeft bij de behandeling van de klacht niet goed opgelet. Klager heeft aangegeven dat hij alleen uitval van de telefoonverbinding heeft als hij belt via de provider van de inrichting (Teleo). Als klager via een andere provider belt,
gebeurt dat nooit. Klager belt via Teleo met name met zijn echtgenote. Klager heeft dit al meermalen aangekaart bij de directeur en de directeur had een en ander eenvoudig kunnen nagaan. Hij had enkel aan de dienstgeleiders hoeven vragen hoe vaak
dergelijke storingen voor komen. De gedetineerdencommissie (gedeco) heeft inmiddels klachtenlijsten bij de telefoon gehangen. De gedetineerden wordt verzocht aan te geven wanneer (datum en tijd) de verbinding uitvalt. Het personeel probeert de
storingen
wel op te lossen maar maakt daarvan meestal geen schriftelijke melding. Klager is van mening dat de directeur voor deze storingen aangesproken kan worden. De directeur heeft het telecomcontract afgesloten en het is daarom aan hem om de nakoming daarvan
te eisen. Er is volgens klager te weinig onderzoek naar de storingen gedaan. Uit de gedecoverslagen, welke door de raadsvrouw worden overgelegd, blijkt dat met regelmaat de telefoonstoringen aan de orde zijn. De directeur schiet daarbij tekort in zijn
zorgplicht. Klager heeft een groot belang bij een goede telefoonmogelijkheid. Hij is veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf en wil zijn contacten met de buitenwereld zo goed als mogelijk onderhouden. Het is aan de directeur om eventuele
problemen op te lossen.

De directeur heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep als volgt toegelicht.
De inrichting heeft een contract met de telefoonprovider Teleo. Het contract is in 2006 ingegaan en toen was uitgangspunt dat de telefoontarieven gelijk zouden zijn aan het buitentarief van de KPN. Het is anders dan in veel andere inrichtingen
toegestaan via externe providers te bellen. Vanaf het eerste moment zijn er goede contacten geweest met de medewerkers van Teleo waar het het oplossen van storingen betrof. Naar aanleiding van de klachten van gedetineerden over verbroken
telefoonverbindingen, heeft de directeur overleg met de gedeco, waarin ook de voortgang ter sprake komt en heeft hij de gedeco aangegeven dat hij om actie te ondernemen concrete gegevens over storingen nodig heeft. De gedeco is nu kennelijk via
telefoonlijsten begonnen met inventarisatie van storingen. De directeur heeft over het verloop van het telefoonverkeer regelmatig navraag gedaan bij de dienstgeleiders. De directeur heeft steeds als antwoord gekregen dat het redelijk goed ging. Op 4
december 2008 heeft de gedeco de directeur laten weten dat er toen geen klachten meer waren. De directeur is van mening dat hij heeft voldaan aan zijn zorgplicht..

3. De beoordeling
Uit hetgeen in beklag en beroep naar voren is gebracht, wordt voldoende aannemelijk dat er in de inrichting sprake is (geweest) van incidentele storingen in het telefoonverkeer. Voor incidentele storingen kan de directeur niet zonder meer
verantwoordelijk worden gehouden. Wel rust op de directeur de zorgplicht om bij storingen opheldering te vragen bij de telefoonaanbieder en overigens maatregelen te nemen die een ongestoord telefoonverkeer bevorderen. Vast staat dat de directeur over
de
storingen regelmatig contact onderhoudt met de telefoonaanbieder en dat hij de gedeco van de inhoud van dat contact op de hoogte stelt, dat hij de gedeco vraagt naar de stand van de klachten en dat hij initiatief neemt om zoveel mogelijk informatie te
vergaren over de klachten zodat hij deze concreet ter sprake kan brengen bij de telefoonaanbieder. Dat kan (onder meer) blijken uit de door klager overgelegde kopieën van de notulen van het gedeco-overleg van respectievelijk 16 oktober 2008, 15 januari
2009, 1 april 2009 en 14 mei 2009, waarin staat vermeld – zakelijk weergegeven – dat de directeur er bij de gedeco op aandringt om klachten over de telefoongesprekken steeds te melden met vermelding van het tijdstip en datum van de storing. Na
ontvangst
van die klachten kan de directeur contact opnemen met de telefoonaanbieder om tot een oplossing te komen.
Gelet daarop kan niet worden gezegd dat de directeur in deze heeft gehandeld in strijd met zijn uit artikel 39 van de Pbw voortvloeiende zorgplicht. De omstandigheid dat klager een aantal malen door verbindingsstoringen tijdens telefoongesprekken is
getroffen, maakt dit oordeel niet anders.
Hetgeen in beroep naar voren is gebracht kan daarom niet leiden tot een ander oordeel dan dat van de beklagcommissie. Het beroep zal daarom ongegrond worden verklaard en de uitspraak van de beklagcommissie zal, met wijziging van de gronden, in zoverre
worden bevestigd

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt – voor zover in beroep aan de orde – de uitspraak van de beklagcommissie, met wijziging van de gronden.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. P.C. Vegter, voorzitter, mr. C.J.G. Bleichrodt en mr. J.I.W.M. Bartelds, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 27 juli 2009

secretaris voorzitter

Naar boven