Nummer: 09/1227/GB
Betreft: [klager] datum: 14 juli 2009
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. L. de Leon, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 29 april 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de Gevangenis Veenhuizen ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 5 mei 2008 gedetineerd. Hij verbleef in het Huis van bewaring (h.v.b.) Roermond. Op 17 april 2009 is hij geplaatst in de Gevangenis Veenhuizen, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.
3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klagers vrouw woont in Luik. Nu klager is overgeplaatst naar Veenhuizen is de reisafstand voor zijn vrouw niet meer te overbruggen en kan zij klager niet meer bezoeken. Klager verzoekt aan de beroepscommissie rekening te houden met het feit dat zijn
vrouw in Luik woont en verzoekt te worden overgeplaatst naar een inrichting in de regio Zuid.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is door het h.v.b. Roermond voorgesteld voor plaatsing in de Gevangenis Veenhuizen omdat hij geen verblijfsvergunning heeft om in Nederland te mogen blijven. Hierbij is aangegeven dat klager na zijn detentie zal worden overgedragen aan de
Vreemdelingendienst. Klager heeft een strafrestant van meer dan vier maanden. Klager is geselecteerd voor de Gevangenis Veenhuizen omdat deze inrichting de enige inrichting is met een bestemmingsaanwijzing voor het plaatsen van vreemdelingen met een
strafrestant van meer dan vier maanden. Klager geeft aan dat zijn familie in Luik woont en hem vanwege de afstand niet kan bezoeken. Het bezoek is geen selectiecriterium maar een gunst.
4. De beoordeling
4.1. De Gevangenis Veenhuizen is een inrichting voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau. Dit is tevens een inrichting voor strafrechtelijk gedetineerde vreemdelingen, als bedoeld in artikel 20b, tweede
lid onder a van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden.
4.2. Klager, die in eerste aanleg is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.
4.3. Ingevolge artikel 20b, eerste lid, van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden worden in de inrichtingen of afdelingen voor strafrechtelijk vreemdelingen, vreemdelingen geplaatst die na de tenuitvoerlegging van de
vrijheidsstraf geen rechtmatig verblijf hebben in Nederland in de zin van artikel 8 van de Vreemdelingenwet 2000. In het selectieadvies van 8 april 2009 is aangegeven dat klager na zijn detentie aan de Vreemdelingendienst Heerlen zal worden
overgedragen. Klager heeft onvoldoende aannemelijk gemaakt dat het voor zijn vrouw onmogelijk is om naar hem af te reizen. Overigens blijkt uit het genoemde selectieadvies dat klager niet verstoken is van bezoek. De op de onder 3.2 genoemde gronden
gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan derhalve, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. van Alff, secretaris, op 14 juli 2009
secretaris voorzitter