Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/0838/GB, 12 juni 2009, beroep
Uitspraakdatum:12-06-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 09/838/GB

Betreft: [klager] datum: 12 juni 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. B.P.J.van Riel, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 20 maart 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) met regimesgebonden verlof afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 24 april 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis Zutphen. Op 20 april 2009 is hij overgeplaatst naar de locatie Bankenbosch te Veenhuizen, waar een regime van algehele gemeenschap geldt en een normaal beveiligingsniveau als
bedoeld in 20, tweede lid, van de Regeling tijdelijk verlaten van de inrichting.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht. Het OM heeft negatief geadviseerd omdat het niet voldoende is ingelicht over het gedrag van klager in de inrichting. Dit zou echter niet mogen resulteren in een negatief advies, temeer nu in het
selectieadvies klagers functioneren binnen de inrichting uitgebreid aan bod komt. Klager houdt zich aan de regels. Hij is vriendelijk en behulpzaam. Er is geen sprake van drugsgebruik en aan hem zijn geen disciplinaire straffen opgelegd. Zijn
risicoprofiel wordt als normaal bestempeld.
Het enkele feit dat klager nog altijd een ontkennende veroordeelde is en na zijn detentie zijn werkzaamheden wil hervatten, kan geen reden zijn om een negatief advies af te geven. Het is volstrekt onlogisch om alleen bekennende gedetineerden zich te
laten voorbereiden op hun terugkeer in de maatschappij. Klager heeft een aanvaardbaar verlofadres.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager is geselecteerd voor een b.b.i. zonder regimair verlof op basis van het negatieve advies van de inrichting en de onderliggende negatieve adviezen van
het
OM en het CBTR. Met name het negatieve advies van het CBTR is hierbij van belang. Uit de informatie blijkt dat klager op geen enkele manier wenste mee te werken aan het TR-traject. Gelet op deze weigerachtige houding is er geen grond voor verdere
fasering. Het hoogst haalbare is plaatsing in een b.b.i. zonder regimair verlof.

4. De beoordeling
4.1. Op grond van artikel 3 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden komen naast zelfmelders voor plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting in aanmerking gedetineerden die een beperkt vlucht- en maatschappelijk
risico vormen, een strafrestant hebben van maximaal achttien maanden en beschikken over een aanvaardbaar verlofadres. Op grond van het vierde lid van voormeld artikel komen gedetineerden die deelname weigeren, dan wel hun deelname weigeren voort te
zetten, aan een traject in het kader van het programma Terugdringen Recidive (TR) niet in aanmerking voor regimesgebonden verlof.

4.2. Uit het selectieadvies van de inrichting komt een weigerachtige houding van klager ten aanzien van het TR-traject naar voren. Klager ontkent het delict waarvoor hij is veroordeeld en zal na invrijheidstelling zijn oude werkzaamheden (aura en
chakrahealing) weer oppakken. Klager weigert hulp bij een forensische polikliniek.
Gelet op het vorenstaande kan de beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep is derhalve ongegrond.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
R. Kokee, secretaris, op 12 juni 2009

secretaris voorzitter

Naar boven