Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/0428/GB, 31 maart 2009, beroep
Uitspraakdatum:31-03-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 09/428/GB

Betreft: [klager] datum: 31 maart 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. J.J.A. Bosch, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 30 januari 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) De Schie te Rotterdam of het h.v.b. Rotterdam afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 13 december 2008 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. De IJssel te Krimpen aan den IJssel.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
De familie en kennissen van klager wonen voornamelijk in het noorden van Rotterdam en beschikken veelal niet over eigen vervoer. Dit maakt het voor hen moeilijk om klager in Krimpen aan den IJssel te bezoeken. Voor klager is het relevant dat het h.v.b.
Rotterdam en het h.v.b. De Schie voor de gedetineerden overdags een half open regime kennen en meer bewegingsvrijheid toestaan dan het h.v.b. De IJssel. Klager heeft last van een longembolie. Vanwege gezondheidsredenen zou hij daarom baat hebben bij
een
overplaatsing.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager heeft verzocht om overplaatsing naar het h.v.b. Rotterdam of De Schie. Als reden geeft klager aan dat zijn bezoek dan vaker kan komen en de afstand van Rotterdam naar Krimpen aan den IJssel te ver is. Dit verzoek is afgewezen omdat klager
gedetineerd is voor het arrondissementsparket Rotterdam en zodoende in een huis van bewaring verblijft dat in de omgeving van het parket van insluiting staat. Uit de ontvangen bezoekerslijst is op te merken dat klager niet verstoken is van bezoek.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte in afwachting van plaatsing in een gevangenis, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Het beroep van klager ziet op de beslissing om hem niet over te plaatsen naar het h.v.b. De Schie of het h.v.b. Rotterdam. Nu de reisafstand van Krimpen aan den IJssel naar Rotterdam relatief kort is en klager blijkens de door de
selectiefunctionaris overgelegde stukken in Krimpen aan den IJssel regelmatig bezoek krijgt, kan dat argument als onvoldoende worden beschouwd om klager over te plaatsen. Hetgeen door klager is aangevoerd met betrekking tot zijn gezondheidstoestand is
niet mede gebaseerd op een medisch advies terzake en daarom onvoldoende zwaarwegend om een overplaatsing naar het h.v.b. De Schie of het h.v.b. Rotterdam te overwegen. Overigens zijn zowel het h.v.b. De IJssel als het h.v.b. de Schie en het h.v.b.
Rotterdam inrichtingen met een standaardregime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau. Gelet op het vorenstaande kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in
aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4.3. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van bc. L. van Alff secretaris, op 31 maart 2009

secretaris voorzitter

Naar boven