Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 09/0180/GB, 17 februari 2009, beroep
Uitspraakdatum:17-02-2009

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 09/180/GB

Betreft: [klager] datum: 17 februari 2009

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. H.J. Veen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 14 januari 2009 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing om de aan klager opgelegde gevangenisstraf niet door toepassing van elektronische detentie (e.d.) ten uitvoer te leggen ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is door de Kantonrechter te Utrecht veroordeeld tot vier weken hechtenis in verband met overtreding van artikel 107, eerste lid, van de Wegenverkeerswet 1994. Op 28 november 2008 heeft de afdeling Elektronische Detentie van de penitentiaire
inrichtingen administratief (p.i.a.) Haarlem een negatief advies gegeven ten aanzien van de mogelijkheid van e.d. Op 28 november 2008 is beslist dat de aan klager opgelegde hechtenisstraf niet door toepassing van elektronische detentie kan worden
ondergaan. Klager is vervolgens opgeroepen om zich op 5 januari 2009 te melden in de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) Veenhuizen. Naar aanleiding van het bezwaarschrift van klagers raadsman is klager uitstel verleend en dient hij zich thans te
melden op 2 maart 2009 bij de b.b.i. Veenhuizen. Het bezwaarschrift gericht tegen de beslissing om klager geen elektronische detentie te laten ondergaan is ongegrond verklaard.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager kan zich niet verenigen met de ongegrondverklaring van zijn bezwaarschrift. Klager is van mening dat hij wel in aanmerking dient te komen voor e.d. De in de Circulaire e.d. vermelde regels betreffen beleid. Van dit beleid moet afgeweken kunnen
worden. Klager is veroordeeld tot een kortdurende vrijheidsstraf, welke zich bij uitstek leent voor toepassing van e.d. Klager kan ondersteund worden door zijn familie, waarbij geldt dat DJI ten aanzien van die ondersteuning ook een
verantwoordelijkheid
heeft. Zo zou klager, desnoods door middel van een tolk, in de gelegenheid gesteld moeten worden kennis te kunnen nemen van de voorwaarden en regels voor de toepassing van e.d. Door klager e.d. te onthouden, wordt klager vergaand belet in zijn
mogelijkheden om te blijven werken. Klager wil graag alsnog in aanmerking komen voor e.d.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft op 20 oktober 2008 een verklaring gezonden aan het CJIB in Leeuwarden, waarin hij heeft aangegeven in aanmerking te willen komen voor het ondergaan van de aan hem opgelegde vrijheidsstraf middels e.d. Op 28 november 2008 heeft de afdeling
e.d. van de p.i.a. Haarlem negatief advies gezonden omdat klager niet voldoet aan de gestelde taalcriteria. Om die reden is klager niet geselecteerd voor e.d. Naar aanleiding van het ingediende bezwaarschrift is onderzocht of en vastgesteld dat klager
de Nederlandse en/of Engelse taal onvoldoende beheerst, waardoor hij niet voldoet aan de criteria die gelden voor e.d.

4. De beoordeling
4.1. In de circulaire van 7 maart 2005 (5291588/04/DJI, hierna: de circulaire) heeft de Minister van Justitie zijn beleid kenbaar gemaakt omtrent de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf door middel van elektronische detentie.

4.2. Klager is veroordeeld tot een straf van hechtenis voor de duur van vier weken.

4.3. In onderdeel 4, aanhef en onder d van de circulaire wordt vermeld dat bij een beslissing een veroordeelde deel te laten nemen aan elektronische detentie deze de Nederlands taal of de Engelse taal voldoende machtig dient te zijn opdat een goede
communicatie mogelijk is.
In het belang van een goed verloop van de e.d. is een ongestoorde communicatie tussen de begeleider(s) van de e.d. en klager noodzakelijk. Nu onweersproken is dat klager zelf de Nederlandse en/of Engelse taal onvoldoende beheerst en de eis om daarvoor
van de zijde van DJI een tolk te beschikking te stellen een te zwaarwegende is, kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of
onbillijk worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. J.P.S. Fiselier en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 17 februari 2009.

secretaris voorzitter

Naar boven