Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 22/30556/GA, 2 december 2024, beroep
Uitspraakdatum:02-12-2024

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          22/30556/GA

Betreft [klager]

Datum 2 december 2024

 

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van

 

[klager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft beklag ingesteld tegen het laten vervallen van één avondprogramma per week in juli en augustus 2022.

De beklagcommissie bij de Penitentiaire Inrichting (PI) Achterhoek te Zutphen heeft op 17 november 2022 klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag (OH-2022-208). De uitspraak van de beklagcommissie is bijgevoegd.

Klagers raadsman, mr. F.A. van Katwijk, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en de directeur van de PI Achterhoek in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Het schrappen van het avondprogramma strookt niet met het aantal uren plusprogramma dat moet worden aangeboden. De directeur heeft dat ook toegegeven. De directeur zocht steun in het beleid ‘Afschalingsmodel personele uitval’. Maar dat voldoet niet aan de vereisten van artikel 3, vierde lid, van de Penitentiaire maatregel (Pm), dat tijdelijke afwijking mogelijk maakt. Het schrappen van de avondrecreatie vanaf maart 2022 kan worden geaccepteerd door de coronacrisis. Dat dit tot de zomer voortduurde, maakt echter dat niet meer kan worden gesproken van een tijdelijke afwijking.

Klager verzoekt om aan hem een tegemoetkoming toe te kennen.

Standpunt van de directeur

De directeur heeft aangegeven niets te hebben toe te voegen aan het verweer in beklag en de uitspraak van de beklagcommissie.

 

3. De beoordeling

De beroepscommissie merkt allereerst op dat zij ernaar streeft om spoedig uitspraak te doen. Zij betreurt het dat de uitspraak op dit beroep door uiteenlopende omstandigheden lang op zich heeft laten wachten.

Klager beklaagt zich over het schrappen van het dagprogramma in juli en augustus 2022. De gedetineerden hebben daarvan een schriftelijke mededeling gehad, maar dat was minder dan zeven dagen van tevoren. Het betreft dus een collectieve beslissing. Daartegen staat beklag open (zie nader RSJ 1 mei 2024, 23/32160/GA).

Beoordelingskader

Als geen plusprogramma van 59 uur wordt aangeboden, zal in de regel worden geoordeeld dat dit in strijd is met artikel 3 van de Pm. Maar zeker als dit van kortere duur is, dan kan het – afhankelijk van omstandigheden – zo zijn dat wordt geoordeeld dat de directeur zich wél voldoende heeft ingespannen (en dat hij zijn zorgplicht dus niet heeft geschonden), ook al is het niet gelukt om een plusprogramma van 59 uur aan te bieden (vergelijk RSJ 29 juli 2024, 22/30689/GA).

Beoordeling van deze zaak

Klager en de directeur zijn het erover eens dat, door het schrappen van een avondprogramma, minder dan 59 uur plusprogramma werd aangeboden. De beroepscommissie is van oordeel dat dit in dit geval in strijd is met de zorgplicht van de directeur. De coronacrisis was in de zomer van 2022 nagenoeg afgelopen. Het is weliswaar begrijpelijk dat dit nog een nasleep had en dat dat op ongelukkige wijze combineerde met de personele krapte die er in de zomerperiode toch al is, maar dat kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet rechtvaardigen dat twee hele maanden geen plusprogramma van 59 uur werd aangeboden.

Gelet op het voorgaande zal de beroepscommissie het beroep gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagcommissie vernietigen, klager alsnog ontvankelijk verklaren in zijn beklag en het beklag alsnog gegrond verklaren.

Tegemoetkoming

De beroepscommissie ziet aanleiding om aan klager een tegemoetkoming toe te kennen. Op grond van de standaardbedragen zou dat €40,- zijn. Maar omdat de directeur wel enige compensatie heeft aangeboden (zoals het aanbieden van ijs en het inhuren van een frietkar en een viskar), zal de beroepscommissie aan klager een tegemoetkoming toekennen van €25,‑.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie, verklaart klager alsnog ontvankelijk in zijn beklag en verklaart dit beklag gegrond. Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van €25,-.

Deze uitspraak is op 2 december 2024 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit

mr. W.S. Korteling, voorzitter, mr. A.B. Baumgarten en mr. F.H.J. van Gaal, leden, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.

 

 

 

secretaris        voorzitter

Naar boven