Nummer 23/34135/GA
Betreft [klager]
Datum 28 oktober 2024
Uitspraak van de beroepsrechter van de RSJ op het beroep van
[klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft beklag ingesteld tegen het handelen van het personeel met betrekking tot een dagvaarding uit Spanje, waardoor zijn privacy is geschonden.
De beklagrechter bij het Penitentiair Psychiatrisch Centrum (PPC) Scheveningen heeft op 25 mei 2023 het beklag ongegrond verklaard (SC 2023/39). De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.
Klager heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld.
De beroepsrechter heeft klager en de directeur van het PPC Scheveningen in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.
2. De beoordeling
Klager meent dat zijn privacy is geschonden door het handelen van het personeel. Het personeel heeft een per e-mail ontvangen dagvaarding geprint en aan klager uitgereikt. Hierdoor heeft het personeel volgens klager kennis kunnen nemen van de inhoud van de dagvaarding.
Op grond van artikel 60, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) kan een gedetineerde bij de beklagcommissie beklag doen over een hem betreffende door of namens de directeur genomen beslissing. Het hierboven genoemde handelen van het personeel kan gelijk worden gesteld met een beslissing van de directeur, zoals bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Pbw, als sprake is van een beklag met voldoende belang voor de gedetineerde. Daarvan is in beginsel slechts sprake wanneer de directeur volgens de gedetineerde jegens hem “structureel en in belangrijke mate tekortschiet in zijn verzorgende taken” (Kamerstukken II 1994/95, 24 263, nr. 3, p. 76).
De directeur heeft jegens klager geen beslissing genomen. De beroepsrechter is van oordeel dat de klacht gaat over een aangelegenheid van interne organisatie, waarbij niet is gesteld of gebleken dat bijvoorbeeld andere gedetineerden of personen die geen deel uitmaken van het inrichtingspersoneel kennis hebben kunnen nemen van persoonsgegevens van klager. Reeds hierom kan geen sprake zijn van een (structurele en belangrijke) tekortkoming in de verzorgende taken van de directeur.
De beroepsrechter benadrukt dat de omstandigheden in deze zaak verschillen met de omstandigheden die hebben geleid tot de uitspraken van de beroepscommissie in RSJ 1 september 2023, 22/30331/GA en RSJ 15 augustus 2024, 24/38892/GA. In de eerstgenoemde zaak stelde de betrokkene dat zij werd gedwongen met derden te spreken over vertrouwelijke informatie (wat een belangrijke tekortkoming in de verzorgende taken van de directeur zou kunnen zijn). In de tweede zaak ging het om de algemene situatie dat gedetineerden kennis konden nemen van elkaars persoonsgegevens.
De beklagrechter had klager daarom niet-ontvankelijk moeten verklaren in zijn beklag. De beroepsrechter zal, gelet daarop, de uitspraak van de beklagrechter vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren in zijn beklag.
3. De uitspraak
De beroepsrechter vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.
Deze uitspraak is op 28 oktober 2024 gedaan door mr. M. Iedema, beroepsrechter, bijgestaan door mr. R. Kokee, secretaris.
secretaris voorzitter