Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/3176/SGB, 10 december 2008, schorsing
Uitspraakdatum:10-12-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/3176/SGB

Betreft: [klager] datum: 10 december 2008

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift tevens beroepschrift, ingediend door mr. J.K.
Gaasbeek, namens

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Ooyerhoek te Zutphen.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 73, vierde lid, juncto artikel 66, eerste lid, van de Pbw, van de tenuitvoerlegging van de beslissing van de selectiefunctionaris tot overplaatsing van klager naar de locatie Ooyerhoek.

De voorzitter heeft voorts kennis genomen van het bezwaarschrift en van de beslissing op het bezwaarschrift d.d. 27 november 2008, alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de selectiefunctionaris d.d. 10 december 2008.

1. De standpunten van verzoeker en de selectiefunctionaris
Namens verzoeker is aangevoerd dat verzoeker zich zeer goed heeft gedragen totdat de zeer problematische situatie met ambtenaar van het bureau selectie- en detentiebegeleiding
(b.s.d.-ambtenaar) zich voordeed. Verzoeker had al eerder gemerkt dat hij communicatieproblemen had met de b.s.d.-ambtenaar [A] die in zijn nadeel werkten. Verzoeker begreep van de b.s.d.-ambtenaar [B] dat zijn traject was goedgekeurd maar volgens
b.s.d.-ambtenaar [A] ging de overplaatsing naar de locatie De Kruisberg niet door. Over het telkens wijzigende beleid werd geen helder of informatief overleg gepleegd met verzoeker. Verzoeker heeft nimmer bedoeld om de b.s.d.-ambtenaar te bedreigen.
Hij
heeft zich ongelukkig uitgedrukt. Hij wilde met zijn opmerking zijn machteloosheid aantonen en niet de b.s.d.-ambtenaar een onveilig gevoel geven. Direct nadat hem kenbaar was gemaakt dat zijn uitdrukking als een bedreiging werd opgevat, heeft
verzoeker
mondeling zijn excuses aangeboden aan de directeur en schriftelijk zijn excuses aangeboden aan de b.s.d.-ambtenaar. Er is een gunstig reclasseringsrapport uitgebracht. Verzoeker acht het onterecht dat de beslissing slechts is genomen op grond van een
enkel incident. Verzoeker staat bij het personeel bekend als een zeer vriendelijke en gehoorzame man die zich volledig inzet om zijn detentie zo goed mogelijk te doorlopen. Twee personeelsleden van het huis van bewaring De Karelskamp hebben in een
bijgevoegd schrijven aangegeven dat zij verzoeker kennen als een correcte en beleefde gedetineerde die goed corrigeerbaar is. Verzoeker kan door zijn penitentiair dossier aantonen dat hij altijd zeer vriendelijk en correct is tegen anderen en dat
voornoemd incident een gevolg is van een met emoties zwaar beladen voorgeschiedenis.

Uit de inlichtingen van de selectiefunctionaris komt naar voren dat verzoeker een personeelslid uiterst onheus heeft bejegend en hem zelfs heeft bedreigd. De impact van de bedreiging was groot bij het personeelslid. Omdat verzoeker een traject in zou
gaan, is besloten om hem niet in beperkte gemeenschap te plaatsen, maar in een normaal beveiligde inrichting. Hiermee is rekening gehouden met verzoekers eerdere gedrag. Wanneer er volgens verzoeker iets niet naar zijn zin gaat en hij direct terugpakt
naar bedreigingen is er geen vertrouwen meer om hem meer vrijheden te verlenen.

2. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van een verzoek om schorsing van een beslissing van de selectiefunctionaris slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en beslist. Aan de orde
is daarom slechts de vraag of de beslissing van de selectiefunctionaris zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de beslissing van de selectiefunctionaris.
De voorzitter is van oordeel dat de beslissing van de selectiefunctionaris in deze zodanig onredelijk en onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans tot schorsing van die beslissing over te gaan en overweegt daartoe het volgende:
- De beslissing van de selectiefunctionaris geeft op geen enkele wijze blijk van een weging van de betrokken belangen van verzoeker en van de over verzoeker zich bij de stukken bevindende relevante en overwegend positieve informatie.
- Van belang acht de voorzitter de inhoud van het schrijven van de twee piw-ers d.d. 3 november 2008, als bijlage bij het beroepsschrift van verzoeker gevoegd. In die informatie wordt gewag gemaakt van de omstandigheid dat er beloftes ten
opzichte
van verzoeker niet zouden zijn nagekomen en dat de communicatie tussen de verschillende disciplines niet optimaal is geweest, waardoor, aldus de beide piw-ers, het op 23 november 2008 tot een verbale aanvaring is gekomen tussen verzoeker en een
medewerker van het b.s.d. De inhoud van dit schrijven lijkt te bevestigen dat er meer aan de hand is geweest dan een willekeurige en uit het niets komende bedreiging door verzoeker. Dat de selectiefunctionaris de omstandigheden waaronder de –op zich
uiteraard afkeurenswaardige- gedragingen van verzoeker hebben plaats gevonden heeft onderzocht en of heeft meegewogen bij de bestreden selectiebeslissing blijkt in het geheel niet uit die beslissing.
- De voorzitter acht verder van belang dat zowel uit voormeld schrijven van beide piw-ers als uit het eerder opgestelde selectieadvies blijkt dat, behalve bij het bewuste incident, verzoeker zich in de inrichting goed gedragen heeft, dat hij
rustig en positief is, die beleefd en correct overkomt. Hij voert de opdrachten van het personeel goed uit, heeft een open houding en behoeft nauwelijks gecorrigeerd te worden. Ook verricht hij zijn werk als reiniger goed en met veel inzet. Deze
omstandigheden, in verband bezien met de grote belangen die voor verzoeker op het spel staan, hadden bij de beoordeling van de selectiefunctionaris een rol dienen te spelen en niet gebleken is dat er enige acht op die omstandigheden is geslagen.
- In de bestreden beslissing schrijft de selectiefunctionaris dat verzoeker naar een gesloten afdeling wordt geplaatst “(...) om maar eens na te denken wat uw bedreiging voor een impact kan hebben op het personeelslid (...)”. Naar het oordeel van de
voorzitter kan het niet de bedoeling zijn van een selectiebeslissing om op deze manier een gedetineerde tot een denkpauze te bewegen. Het heeft er door de bewoordingen alle schijn van dat de selectiefunctionaris als het ware bestraffend heeft willen
optreden, wat niet de basis voor een selectiebeslissing kan/moet zijn.
Tot slot is van belang dat uit de stukken valt af te leiden dat verzoeker als straf voor zijn gedragingen reeds zeven dagen heeft doorgebracht in een strafcel. Daarmee is, mede gezien het hiervoor vermelde omtrent de verder positieve opstelling van
verzoeker in de inrichting, al adequaat bestraffend gereageerd op het incident. Daarenboven ook nog over gaan tot herselectie als in dit geval is gebeurd acht de voorzitter in het geval van verzoeker en gezien de over hem voor het overige bekend zijnde
informatie buiten proportie.

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de beslissing van de selectiefunctionaris van 28 oktober 2008.

Aldus gegeven door mr. J.I.M.W. Bartelds, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris op 10 december 2008

secretaris voorzitter

Naar boven