Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1707/GA, 27 november 2008, beroep
Uitspraakdatum:27-11-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1707/GA

betreft: [klager] datum: 27 november 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 30 juni 2008 van de beklagcommissie bij de gevangenis Nieuw Vosseveld te Vught,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 31 oktober 2008, gehouden in de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, is [...], unit-directeur bij de gevangenis Nieuw Vosseveld gehoord. Hoewel klager, die zich inmiddels in vrijheid bevindt, op behoorlijke
wijze was opgeroepen, is hij niet ter zitting verschenen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een disciplinaire straf van vier dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, wegens provocerend gedrag jegens het personeel en het niet opvolgen van opdrachten van het personeel.

De beklagcommissie heeft het beklag ongegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. De problemen met klager zijn gerezen nadat hij werd aangereden door een busje op het binnenterrein van de inrichting. Vanaf dat moment was de
bestuurder doelwit van allerlei scheldpartijen. De schriftelijke mededeling van de opgelegde disciplinaire straf is op 19 februari 2008 om 18.00 uur aan klager uitgereikt.

3. De beoordeling
Op grond van artikel 51, eerste lid jo. artikel 50, eerste lid, van de Pbw kan de directeur een gedetineerde een disciplinaire straf opleggen van opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, indien de gedetineerde betrokken is bij feiten
die onverenigbaar zijn met de orde of de veiligheid in de inrichting dan wel met de ongestoorde tenuitvoerlegging van de vrijheidsbeneming. Op grond van artikel 58, eerste lid jo. artikel 57, eerste lid, onder j, van de Pbw geeft de directeur aan de
gedetineerde onverwijld een schriftelijke mededeling van de beslissing tot oplegging van een disciplinaire straf. Uit de stukken komt naar voren dat de schriftelijke mededeling niet onverwijld aan klager is uitgereikt. Om die reden is het beklag van
klager formeel gegrond. De beroepscommissie ziet in de formele gegrondverklaring van het beklag voldoende genoegdoening voor klager en ziet daarnaast geen grond voor een aanvullende financiële tegemoetkoming.

Wat betreft de opgelegde disciplinaire straf is de beroepscommissie van oordeel dat de beklagcommissie op goede gronden en met juistheid op het beklag heeft beslist. Het beroep is in zoverre ongegrond.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog formeel gegrond en voor het overige ongegrond.
Zij bepaalt dat klager niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.I.M.W. Bartelds en mr. A.T. Bol, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 27 november 2008

secretaris voorzitter

Naar boven