Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 24/40649/SGA, 15 mei 2024, schorsing
Uitspraakdatum:15-05-2024

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    24/40649/SGA
    
            
Betreft    [verzoeker]
Datum    15 mei 2024


Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van

[verzoeker] (hierna: verzoeker)

 

1. De procedure
De directeur van de locatie Roermond (hierna: de directeur) heeft aan verzoeker een disciplinaire straf opgelegd van zeven dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, zonder televisie, vanwege een positieve uitslag bij een urinecontrole, ingaande op 13 mei 2024 om 09.00 uur en eindigend op 20 mei 2024 om 09.00 uur.

Verzoeker vraagt om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging daarvan.

De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van de directeur op het schorsingsverzoek en van het klaagschrift.

 

2. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat bij een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling. De zaak kan dus niet ten gronde worden onderzocht. De voorzitter beoordeelt alleen of de beslissing waartegen beklag is ingesteld in strijd is met een wettelijk voorschrift of dat deze zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om op dit moment de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing te schorsen. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.

De voorzitter overweegt daartoe als volgt. 

Uit de schriftelijke reactie van de directeur, waaronder het schriftelijk verslag van 12 mei 2024, komt naar voren dat op 6 mei 2024 bij verzoeker een urinecontrole is afgenomen. De uitslag hiervan was positief op spice. Vervolgens heeft verzoeker een herhalingsonderzoek aangevraagd, waarvan de uitslag ook positief was op het gebruik van spice. 

De voorzitter begrijpt uit het schorsingsverzoek dat verzoeker de uitslag van de urinecontrole in twijfel trekt en dat hij gebruik had willen maken van een bevestigingsonderzoek. Met betrekking tot die mogelijkheid staat in het schriftelijk verslag: ¨betrokkene heeft niet genoeg geld op zijn rekeningcourant staan om een bevestigingsonderzoek te betalen. Hierdoor vervalt het recht voor 24 uur bedenktijd en is hem een rapport aangezegd.¨ Daarnaast volgt uit de reactie van de directeur: ¨als volgende stap zou verzoeker procedureel een bevestigingsonderzoek aan kunnen vragen, echter had hij onvoldoende saldo op zijn rekening om dit te kunnen bekostigen¨. Hoewel de voorzitter ambtshalve op de hoogte is dat het uitvoeren van een bevestigingsonderzoek op het gebruik van spice niet mogelijk is (RSJ 23/33936/GA, 29 april 2024), is naar het voorlopig oordeel van de voorzitter uit de stukken voldoende aannemelijk geworden dat niet is voldaan aan de bedenktermijn van 24 uur voor het aanvragen van een bevestigingsonderzoek, zoals is bepaald in artikel 7 van de Regeling Urinecontrole penitentiaire inrichtingen (hierna: de Regeling). De omstandigheid dat verzoeker onvoldoende saldo op zijn rekening had, maakt dat niet anders (zie bijvoorbeeld RSJ 15/1291/GA, 24 juli 2015). Gelet op het voorgaande is de bestreden beslissing, naar het voorlopig oordeel van de voorzitter, in strijd met de wet genomen. De voorzitter zal het verzoek toewijzen.

 

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing met onmiddellijke ingang tot het moment waarop de beklagcommissie op het onderliggende beklag heeft beslist.


Deze uitspraak is op 15 mei 2024 gedaan door mr. M.L. Plas, voorzitter, bijgestaan door J.A. van der Veen, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter
 

Naar boven