Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1667/TA, 24 oktober 2008, beroep
Uitspraakdatum:24-10-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1667/TA

betreft: [klager] datum: 24 oktober 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

het hoofd van het forensisch psychiatrisch centrum De Kijvelanden te Poortugaal, verder te noemen de inrichting,

gericht tegen een uitspraak van 3 juli 2008 van de beklagcommissie bij genoemde inrichting, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 25 september 2008, gehouden in de penitentiaire inrichting Vught, zijn gehoord klager en namens het hoofd van voormelde tbs-inrichting [...], jurist, en [...], hoofd behandeling.

Klagers raadsman mr. R.J.H. Corten heeft schriftelijk meegedeeld niet ter zitting te zullen verschijnen.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag houdt in dat (de motivering die ten grondslag ligt aan de) beslissing tot plaatsing van klager op een afdeling voor (zeer) intensieve zorg niet juist is.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten
Namens het hoofd van de inrichting is in beroep het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht. Klager klaagt over een foutieve zin in de tekst van de beschikking en niet over de beslissing tot plaatsing op de afdeling voor
(zeer) intensieve zorg. Dit betreft geen beklagwaardige beslissing.
De beklagcommissie acht voldoende aannemelijk geworden dat klager het woord ‘gijzeling’ in een andere context heeft gebruikt. Deze beoordeling is niet nader gemotiveerd. Stafleden hebben klager die zin horen zeggen, maar de beklagcommissie gaat eraan
voorbij dat meer gronden ten grondslag gelegen hebben aan de opgelegde maatregel. De beklagcommissie had de oplegging van de ordemaatregel in een breder verband dienen te beoordelen. Klager verbleef op de afdeling Kobalt en daar is geprobeerd of
verdieping mogelijk was. Klager was echter regelmatig verbaal agressief en liet zich dreigend uit richting de staf. Hierdoor is herhaaldelijk een dreigende situatie en onrust op de afdeling ontstaan. Dit heeft langer geduurd dan een periode van twee
weken. Klagers gedrag heeft tot de conclusie geleid dat deze behandelafdeling niet de meest aangewezen afdeling voor hem was en dat het beter was om hem terug te plaatsen naar een relatief prikkelarme afdeling met een strakkere structuur. Dit is hem
toegelicht.

Klager heeft het tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt in beroep als volgt toegelicht. Het is niet juist dat klager gezegd zou hebben dat hij mensen wilde gijzelen. Klager heeft alleen meer sociotherapeuten uitgelegd dat pas als je personeel
zou gijzelen, het personeel voor je open staat en dat hij dat jammer vond. Ook is het jammer dat die uitspraak er op deze manier bij wordt gehaald. De betreffende dagrapportages zijn niet bij de stukken gevoegd. De bewering dat klager is toegelicht dat
er meer redenen zouden zijn om hem terug te plaatsen naar de afdeling voor (zeer) intensieve zorg is niet waar. Er heeft slechts één incident plaatsgevonden, waarbij alarm is geslagen. Dit ging om een meningsverschil en betrof geen direct dreigende
situatie.
Klager is inmiddels overgeplaatst naar de Dr. Henri van der Hoevenkliniek en daar gaat het veel beter met hem.

3. De beoordeling
Namens het hoofd van de inrichting is aangevoerd dat het beklag geen beklagwaardige beslissing zou betreffen. De beroepscommissie vat klagers beklag op als gericht tegen de beslissing tot plaatsing van klager op de afdeling voor (zeer) intensieve zorg
en zal gelet op het bepaalde in artikel 56, eerste lid aanhef en onder b, Bvt klager in het beklag ontvangen.

De beklagcommissie heeft klagers beklag gegrond verklaard omdat zij voldoende aannemelijk acht geworden dat klager het woord ‘gijzeling’ in een andere context heeft gebruikt dan uit de mededeling tot plaatsing op een afdeling voor (zeer) intensieve
zorg
blijkt.

Naar het oordeel van de beroepscommissie kan buiten beschouwing blijven hoe klager het woord ‘gijzeling’ heeft gebruikt, nu er meer redenen waren om hem op de afdeling voor intensieve zorg te plaatsen. Anders dan klager stelt dienen deze redenen
meegewogen te worden bij de beoordeling van dit beroep.

Uit de bestreden beslissing, de overige stukken en het onderzoek ter zitting volgt dat tijdens klagers verblijf op de afdeling Kobalt is gebleken dat hij zich regelmatig agressief en dreigend heeft uitgelaten naar personeelsleden, waardoor onrust en
beheersproblemen zijn ontstaan op de afdeling. Plaatsing op een afdeling voor (zeer) intensieve zorg, waar hem een prikkelarme omgeving en meer structuur kon worden geboden, is in verband met de orde en de veiligheid in de inrichting noodzakelijk
geacht.

Gelet op het bovenstaande komt de beroepscommissie tot het oordeel dat de uitspraak van de beklagcommissie niet in stand kan blijven en dat het beroep van het hoofd van de inrichting gegrond dient te worden verklaard. Zij zal de uitspraak van de
beklagcommissie vernietigen en het beklag alsnog ongegrond verklaren.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J.C. van Kamp, voorzitter, mr. dr. E.J. Hofstee en mr. drs. T.A.M. Louwe, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 24 oktober 2008

secretaris voorzitter

Naar boven