Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1447/GM, 2 september 2008, beroep
Uitspraakdatum:02-09-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/1447/GM

betreft: [klager] datum: 2 september 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de p.i. Tilburg,

alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag van 22 mei 2008 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie.

Ter zitting van de beroepscommissie van 17 juli 2008, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam, is gehoord klager.

Het hoofd van de medische dienst van de p.i. Tilburg heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur van 3 mei 2008, houdt in dat klager ten onrechte niet arbeidsongeschikt is bevonden en dat aan hem een disciplinaire straf van twee dagen opsluiting in de strafcel is
opgelegd.

2. De standpunten van klager en de inrichtingsarts
Klager heeft zijn klacht als volgt toegelicht.
Klager had last van migraine, kon daardoor niet goed zien en kon niet werken. De verpleegkundige is bij hem geweest en zei dat hij wel kon werken. Hij is niet door een arts gezien. Hij is ook niet onderzocht door de verpleegkundige. Ze heeft niets
gedaan, heeft ook niet naar zijn ogen gekeken. Klager heeft vervolgens twee dagen in de strafcel verbleven en heeft geen arts daar gezien. De migraine is na anderhalve dag overgegaan. Klager is eerder behandeld in verband met Non Hodgkin. Sindsdien
heeft hij regelmatig last van migraine. Het advies van de arts van de Daniël de Hoedkliniek luidde dat wanneer hij last had van hoofdpijn hij moet gaan liggen. In De Schie heeft hij wel eens een zetpil tegen migraine gebruikt, maar die werkte niet goed
en hij werd er misselijk van.
Klager krijgt momenteel geen chemo meer en gebruikt alleen foliumzuur.

Het hoofd van de medische dienst heeft het volgende standpunt ingenomen.
Het beroepschrift is niet binnen zeven dagen na ontvangst van de bemiddeling ingesteld. Op 29 april 2008 is klager teruggekomen van de arbeid in verband met klachten aan het linkeroog. De verpleegkundige heeft geen irritatie waargenomen en het oog was
niet lichtschuw. Klager wilde geen paracetamol en wel een arts spreken. Hij is aangemeld voor het spreekuur op 2 mei 2008 en hem is uitgelegd dat hij met deze klachten wel kan werken. De inrichtingsarts heeft advies bevestigd na consult op 2 mei
20008.

3. De beoordeling
Door klager is gesteld dat hij de bemiddeling van de medisch adviseur heeft ontvangen op 6 juni 2008. Nu niet duidelijk is op welke datum de medisch adviseur de bemiddeling gedateerd 22 mei 2008 heeft verzonden en niet geregistreerd is op welke datum
klager de bemiddeling heeft ontvangen, is niet gebleken dat klager zijn beroep niet tijdig heeft ingediend.

De beroepscommissie overweegt dat uit de medische informatie en de behandeling ter zitting is gebleken dat klager, die bekend is met hoofdpijnklachten, zich heeft ziekgemeld in verband met migraine. Klager is door de verpleegkundige arbeidsgeschikt
bevonden terwijl hij, ondanks zijn verzoek daartoe, niet door de inrichtingsarts is gezien en de verpleegkundige de inrichtingsarts ook niet heeft geraadpleegd. Door klager is gesteld en dit is door de medische dienst niet weersproken dat ook de
verpleegkundige klager niet heeft onderzocht.
De beroepscommissie stelt voorop dat het niet aan de verpleegkundige is om de arbeids(on)geschiktheid van een gedetineerde te beoordelen, maar dat hiervoor de inrichtingsarts geraadpleegd dient te worden, waarbij het de voorkeur verdient dat de
inrichtingsarts de gedetineerde zelf ziet. Nu dit niet is geschied, is de beroepscommissie van oordeel dat het handelen van de medische dienst onzorgvuldig is en kan worden aangemerkt als in strijd met de in artikel 28 Pm neergelegde norm. Het beroep
zal derhalve gegrond worden verklaard. Vanwege het door klager ondervonden ongemak zal hem een tegemoetkoming van € 25,=.

Voorzover het beroep is gericht tegen de beslissing van de directeur om klager in verband met de onterechte ziekmelding een disciplinaire straf van twee dagen opsluiting in een strafcel op te leggen, zal de beroepscommissie klager in dit onderdeel van
de klacht niet kunnen ontvangen omdat het oordeel over deze klacht is voorbehouden aan de beklagcommissie, die deze klacht -zoals telefonisch door de beklagcommissie is meegedeeld- abusievelijk in zijn geheel heeft doorgestuurd aan de medisch adviseur
en de klacht op dit onderdeel niet in behandeling heeft genomen.
De beroepscommissie zal dit onderdeel van klagers klacht doorsturen aan de beklagcommissie met het verzoek om de klacht in behandeling te nemen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep voor wat betreft de arbeidsgeschiktverklaring gegrond en zij bepaalt de aan klager ten laste van de p.i. Tilburg toekomende tegemoetkoming op € 25,=.
Zij verklaart klager voor wat betreft de opgelegde disciplinaire straf niet-ontvankelijk in het beroep en stuurt dit onderdeel van de klacht door aan de beklagcommissie bij de p.i. Tilburg met het verzoek om de klacht in behandeling te nemen.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. Chr.M. Aarts, voorzitter, drs. M.F. van Brederode-Zwart en drs. J.H.A.M.C. Schoenmaeckers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 2 september 2008

secretaris voorzitter

Naar boven