Nummer 22/27903/GA
Betreft [klager]
Datum 5 december 2023
Uitspraak van de beroepsrechter van de RSJ op het beroep van
[klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft beklag ingesteld tegen:
a. het niet-vertalen van brieven van instanties die aan hem zijn gericht (ZW-2021-185);
b. het niet verstrekken van een kopie van officiële documenten of het bieden van faciliteiten om deze te kopiëren (ZW-2021-186).
De beklagrechter bij het Justitieel Complex (JC) Zaanstad heeft op 8 juni 2022 de klachten ongegrond verklaard. De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.
Klagers raadsman, mr. J.F. van der Brugge, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De beroepsrechter heeft klager, zijn raadsman en de directeur van het JC Zaanstad in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.
2. De beoordeling
Uit het klaagschrift wordt niet duidelijk op welke (niet vertaalde) brieven en/of documenten klager precies doelt. Bij de beklagrechter heeft de raadsman naar artikel 56 van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) verwezen en eerst in beroep verwijst de raadsman naar de huisregels. Het is – bij deze stand van zaken – niet duidelijk tegen welke beslissing van de directeur de klacht zich richt.
Als er geen concrete beslissing is genomen, dan zou (volgens de gedetineerde) sprake moeten zijn van “structureel en in belangrijke mate” tekortschieten van de directeur in zijn verzorgende taken jegens klager, om de klacht inhoudelijk te kunnen beoordelen (vergelijk RSJ 1 september 2023, 22/30331/GA). Op grond van wat klager heeft aangevoerd, kan echter ook niet worden beoordeeld of daarvan sprake is.
Gelet op het voorgaande is de beroepsrechter van oordeel dat de klaagschriften niet voldoen aan de eisen van artikel 61, derde lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw). De beroepsrechter zal de uitspraak van de beklagrechter daarom vernietigen en klager alsnog niet-ontvankelijk verklaren in zijn beklag.
3. De uitspraak
De beroepsrechter vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart klager alsnog niet-ontvankelijk in zijn beklag.
Deze uitspraak is op 5 december 2023 gedaan door mr. D.R. Sonneveldt, beroepsrechter, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.
secretaris voorzitter