Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 23/33035/GM, 9 oktober 2023, beroep
Uitspraakdatum:09-10-2023

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer    23/33035/GM
    
            
Betreft    klager
Datum    9 oktober 2023


Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van klager (hierna: klager)

 

1. De procedure
Klagers raadsvrouw, mr. K. Meijer, heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van de locatie Esserheem te Veenhuizen (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat hij te lang heeft moeten wachten op orthopedische schoenen.

De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.

De beroepscommissie heeft klagers raadsvrouw mr. J. Klomp gehoord op de digitale zitting van 13 september 2023. Klager is wegens verbindingsproblemen niet ter zitting verschenen. De inrichtingsarts is eveneens  niet ter zitting verschenen.

Op 19 september 2023 is een nadere reactie van klagers raadsvrouw ontvangen.

 

2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
De problematiek met klagers schoeisel was al in de penitentiaire inrichting (PI) Middelburg bekend, waar klager verbleef voordat hij is overgeplaatst naar de PI Veenhuizen. Hij heeft daar een orthopeed gezien. In juli 2022 is klager op eigen verzoek overgeplaatst. Vervolgens is er ten aanzien van de orthopedische schoenen niet veel gebeurd. Klager heeft wel geïnformeerd en is naar de arts geweest, maar hij heeft geen orthopeed meer gezien. In verband met een andere klacht is klager bij de maandcommissaris geweest en die zag ook dat de situatie zo niet langer kon. Pas daarna is er vaart achter gezet. In januari 2023 zijn de schoenen aangemeten, maar hij heeft ze pas in maart 2023 gekregen. Klager heeft het derhalve driekwart jaar zonder orthopedische schoenen moeten doen, terwijl hij deze nodig had. Dat heeft te lang geduurd. Klager moest zelf een bedrag van €50,- voor die schoenen moeten betalen. Klager heeft echter nauwelijks mogelijkheden om dat geld bij elkaar te sparen. Hij kon in de PI Veenhuizen niet werken omdat daar schoenen met stalen neuzen nodig waren. Hij loopt nu nog steeds met een stok en heeft last van zijn knieën. Omdat er in de PI Veenhuizen geen lift is, kon hij ook niet meer naar de eetzaal/kantine. Klager heeft uiteindelijk met hulp van medegedetineerden provisorisch een plaatje onder zijn eigen schoen bevestigd. Daar heeft hij lange tijd op gelopen. Klager heeft de handicap gekregen omdat hij op een mijn is gelopen in Rwanda. Hij heeft lang gedetineerd gezeten in Polen en liep daar op aangepaste schoenen van een medegedetineerde, die eigenlijk te groot waren.  
De raadsvrouw heeft ter zitting aangegeven dat zij voor de zekerheid nog bij klager zal nagaan of het gaat om aangepaste of orthopedische schoenen.

In een nadere reactie is namens klager aangevoerd dat vroeger al de diagnose is gesteld dat klager orthopedische schoenen nodig had. Door omstandigheden heeft klager de laatste jaren echter geen orthopedische schoenen meer, maar aangepaste schoenen. Dit is opnieuw vastgesteld door de orthopeed in de PI Middelburg. Klager moest zelf schoenen aanleveren in de PI Veenhuizen. Hij heeft deze schoenen uiteindelijk noodgedwongen moeten aanschaffen bij Rico. Dit is een bedrijf dat langskomt in de PI waar spullen kunnen worden gekocht. Deze schoenen konden pas worden geleverd nadat klager €50,- bij elkaar had gespaard van zijn inkomsten uit arbeid. Vervolgens zijn deze schoenen aangepast. Er zijn steunzolen in gezet en er is een verhoging van 3,5 cm gemaakt. Het is niet gelukt om een foto van de schoenen te maken en op te sturen.    

Standpunt van de inrichtingsarts
Het is spijtig dat klager niet tevreden is over de werkwijze van de medische dienst. Dat lijkt vooral op het gebied van wederzijdse communicatie en verwachtingen te liggen. Klager heeft diverse medewerkers gezien. Voor de duidelijkheid was het misschien handiger geweest om één zorgverlener op deze casus te zetten, voor zover dat praktisch gezien mogelijk was. 
Inhoudelijk is niet gebleken van onjuistheden. De tijdspanne tussen aanvraag en uitvoering is, rekening houdend met de normale gang van zaken, niet bijzonder afwijkend. Dat de procedure door klager als langdurig is ervaren is begrijpelijk. Dit is echter slechts minimaal door de medische dienst te sturen. De medische dienst zal het thema communicatie op de agenda blijven houden om zo casussen als deze in de toekomst proberen te vermijden.

 

3. De beoordeling

De beroepscommissie begrijpt dat het in klagers beleving lang heeft geduurd voordat hij zijn aangepaste schoenen heeft gekregen. Er is echter sprake van een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid hierin. Klager had meer navraag kunnen doen naar de verwijzing. Daarnaast geldt dat de medische dienst voor het maken van afspraken afhankelijk is van de beschikbaarheid van een andere organisatie. De klachten van klager zijn voorts, gezien de jarenlange duur van zijn beperking, niet direct te herleiden tot het niet tijdig verstrekken van de orthopedische schoenen in de PI. Zo blijkt dat klager al jaren op provisorisch schoeisel loopt, terwijl het hier om een tijdsbestek van drie maanden gaat. Hoewel niet duidelijk is geworden wie verantwoordelijk is voor het bewaken van de termijn bij een verwijzing en van de medische dienst ook meer proactief handelen verwacht had mogen worden, is dat niet voldoende om te kunnen spreken van onzorgvuldig medisch handelen in strijd met de norm zoals bedoeld in artikel 71f, derde lid, onder a. of b., van de Penitentiaire beginselenwet. De beroepscommissie zal het beroep daarom ongegrond verklaren.


4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.


Deze uitspraak is op 9 oktober 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. D.W.J. Vinkes, voorzitter, drs. B.A. Geurts en drs. N.C.J.A.M. Kochx, leden, bijgestaan door mr. S. Jousma, secretaris.
 
 
secretaris    voorzitter
 

Naar boven