Nummer 22/27740/GA
Betreft [klager]
Datum 21 november 2023
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van
[klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft beklag ingesteld tegen de beslissing om zijn moeder te weigeren als bezoeker.
De beklagrechter bij de Penitentiaire Inrichting (PI) Dordrecht heeft op 27 mei 2022 klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag (PD-2022-214). De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.
Klagers raadsman, mr. R.I. Kool, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.
De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en de directeur van de PI Dordrecht (hierna: de directeur) in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.
2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
Het beklag is niet gericht tegen de algemene regel dat een bezoeker piepvrij door de detectiepoortjes moet. Het beklag is gericht tegen de weigering om klagers moeder de toegang tot de inrichting te verlenen toen zij niet piepvrij door de poort kwam, doordat zij een zogenaamde ‘closed forever’-armband droeg.
Gelet op klagers recht op family life, zoals bedoeld in artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM), dient uitsluiting van familiebezoek niet lichtvaardig te gebeuren. Het gebruik van een handscanner is een redelijk en eenvoudig alternatief. Dan had het bezoek alsnog doorgang kunnen vinden. Van klagers moeder kan niet worden verwacht dat zij de armband afdoet voor bezoek. Die zou dan namelijk onherstelbaar beschadigen.
Klager verzoekt om het beroep mondeling te mogen toelichten en om aan hem een tegemoetkoming toe te kennen.
Standpunt van de directeur
Iedere bezoeker behoort te weten dat bij een bezoek aan een PI controle plaatsvindt door middel van een detectiepoort. De directeur kan een uitzondering maken vanwege medische omstandigheden, maar daarvan is geen sprake. Dit betreft een algemene regel. Klagers moeder was daarvan al op de hoogte, want haar is eerder de toegang geweigerd omdat zij de armband droeg.
3. De beoordeling
Klager heeft verzocht het beroep mondeling te mogen toelichten. Dit verzoek is niet onderbouwd, terwijl de stukken voldoende informatie bevatten om het beroep te kunnen beoordelen. De beroepscommissie wijst het verzoek daarom af.
In artikel 3.8.1. van de huisregels van de PI Dordrecht staat (onder meer):
“Uw bezoek dient in verband met de controles ruim op tijd aanwezig te zijn (minimaal 30 minuten). Uw bezoek wordt tot 30 minuten voor einde bezoektijd nog toegelaten tot de inrichting. Hierna vervalt voor hen dit bezoekmoment. U dient uw bezoek van tevoren op de hoogte te brengen dat zij geen, of zo min mogelijk, spullen van metaal bij zich dragen i.v.m. de metaaldetectiepoort waar zij ‘signaalloos’ doorheen moeten. Het is uw bezoekers niet toegestaan zich uit of om te kleden in de wacht- of detectieruimte bij de portier om ‘signaalloos’ de inrichting te betreden.
Uw bezoek is zelf verantwoordelijk dat zij met hun kledingkeuze hiermee rekening houden. Indien zij zich hier niet aan houden is toegang tot de inrichting niet mogelijk.
U dient uw bezoek van tevoren op de hoogte te brengen dat indien zij om medische redenen niet kunnen voldoen aan deze toegangsprocedure een medische verklaring dienen te overleggen en vooraf contact op dienen te nemen met de dienst beveiliging van deze inrichting. U dient uw bezoek van tevoren op de hoogte te brengen van het feit dat er door uw bezoekers geen contrabanden of etens- drinkwaren mogen worden ingevoerd dan wel goederen worden overgedragen. Tevens mag u geen goederen aan de bezoeker meegeven. Indien het toezichthoudende personeel constateert dat dit toch gebeurt, is het personeel gemachtigd uw bezoek te beëindigen. Er zal u een schriftelijk verslag worden aangezegd en u zult onder begeleiding worden teruggebracht naar uw afdeling.”
De beroepscommissie leidt uit het klaagschrift af dat dit is gericht tegen de weigering om klagers moeder – op een concreet moment – de toegang tot de inrichting te verlenen. Het beklag is niet gericht tegen de algemene regel dat bezoekers piepvrij (‘signaalloos’) door de metaaldetectiepoort moeten.
Dat klagers moeder de toegang tot de inrichting is geweigerd, vloeit echter wel een-op-een voort uit de huisregels. Het gaat dan ook om de toepassing van een algemene regel in een concrete situatie. Tegen een dergelijke beslissing kan geen beklag worden ingesteld, tenzij die algemene regel in strijd is met hogere wet- en regelgeving (vergelijk RSJ 15 juli 2022, R 20/7734/GA). Daarvan is geen sprake.
Klagers raadsman beroept zich in dit verband op artikel 8 van het EVRM, maar de beroepscommissie ziet geen strijd daarmee. Dat klagers moeder haar ‘closed forever’-armband af moet doen en dat die dan kennelijk onherstelbaar beschadigd zou raken, komt voor rekening en risico van klager(s moeder). Klager wordt dus niet van overheidswege beperkt in zijn recht op family life.
Gelet op het voorgaande beklaagt klager zich over de concrete toepassing van een algemene regel die geen ruimte biedt voor interpretatie of voor een nadere afweging én die niet in strijd is met hogere wet- of regelgeving. De beklagrechter heeft hem daarom terecht niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter met aanvulling van de gronden.
Deze uitspraak is op 21 november 2023 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit
mr. A. van Holten, voorzitter, mr. W.S. Korteling en mr. J.T.W. van Ravenstein, leden, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.
secretaris voorzitter