Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/1354/GB, 11 augustus 2008, beroep
Uitspraakdatum:11-08-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/1354/GB

Betreft: [klager] datum: 11 augustus 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. P.W. Szymkowiak, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 28 mei 2008 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.)/ISD Roermond afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 19 maart 2008 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. Grave.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
De ouders van klager zijn niet voldoende in staat om klager regelmatig te bezoeken vanwege de reisafstand en hun gezondheid. Er zijn dus dringende redenen om klager over te plaatsen naar het h.v.b./ISD Roermond of het h.v.b. De Geerhorst te Sittard. De
strafzaak wordt behandeld in Maastricht en klager verbleef altijd in Limburg.
De stelling dat klager naar het h.v.b./ISD Roermond overgeplaatst wil worden is onjuist. Hij wil naar een inrichting in het zuiden van het land. Voorts bestaat inmiddels geen bezwaar tegen een overplaatsing naar een inrichting waar klagers broer
verblijft. Immers, het onderzoek in de zaken is voltooid, een eind proces-verbaal is opgemaakt en er heeft reeds een pro forma-zitting plaatsgevonden. Het klopt dat klager niet verstoken blijft van bezoek van zijn ouders, maar gezien de verstrekte
medische verklaring verdient een overplaatsing naar het zuiden de voorkeur.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager wil overgeplaatst worden naar het zuiden van het land en samen met zijn broer in een inrichting verblijven, zodat het voor de familie en advocaat makkelijker is om hem te bezoeken.
Klager is in het h.v.b. Grave geplaatst omdat de capaciteit van de huizen van bewaring
in het zuiden zeer beperkt is. Bestemmingswijzigingen van 2007 liggen hieraan ten grondslag. Vanwege het nijpende tekort moet zeer terughoudend worden omgegaan met overplaatsingen aldaar naar aanleiding van verzoeken.
Het is begrijpelijk dat het voor de ouders van klager medisch gezien lastig is om klager te bezoeken. Echter, uit de bezoekerslijsten blijkt dat klager wekelijks familiebezoek ontvangt.
Bovendien heeft de Officier van Justitie negatief geadviseerd ten aanzien van het overplaatsingsverzoek. Klagers broer zit preventief gehecht in deels dezelfde zaak. In het belang van het onderzoek is het niet gewenst om de broers samen te plaatsen.
Als klager wordt afgestraft en in aanmerking komt voor plaatsing in een gevangenis, kan opnieuw bekeken worden of rekening kan worden gehouden met de voorkeur van klager.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Uitgangspunt van de wetgever is dat voorlopig gehechten, gelet op het belang van een goede rechtsgang, in een h.v.b. worden geplaatst in dan wel nabij het arrondissement van vervolging. Slechts in geval van aanwezigheid van bijzondere
omstandigheden betreffende de persoon van de gedetineerde kan van dit uitgangspunt worden afgeweken. Gebrek aan h.v.b.-detentiecapaciteit in de arrondissementen Maastricht en Roermond, zoals dit recentelijk is ontstaan, heeft tot gevolg dat voorlopig
gehechten in deze arrondissementen niet in maar buiten die arrondissementen worden geplaatst. Klager die wordt vervolgd in het arrondissement Maastricht, heeft verzocht om plaatsing in het h.v.b Roermond dan wel het h.v.b. Sittard. Dit verzoek past bij
het hiervoor geformuleerde uitgangspunt van de wetgever. Nu in de motivering van de bestreden beslissing geen aandacht is besteed aan de vraag waarom klager niet op de wachtlijst voor een van de genoemde inrichtingen kan worden geplaatst, terwijl ook
niet blijkt dat de mogelijkheden van eventuele ruiling met gedetineerden die om overplaatsing naar elders hebben verzocht zijn onderzocht, kan niet worden aangenomen dat de bestreden beslissing voldoende met redenen is omkleed. Het beroep moet derhalve
gegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema,
voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
mr. S.S. Dwarka, secretaris, op 11 augustus 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven