Nummer 23/34480/SGA
Betreft verzoeker
Datum 27 juni 2023
Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van
verzoeker (hierna: verzoeker)
1. De procedure
De directeur van de Penitentiaire Inrichting Achterhoek te Zutphen (hierna: de directeur) heeft op 22 juni 2023 aan verzoeker een disciplinaire straf opgelegd van uitsluiting van activiteiten (afsluiten van de celtelefoon), voor de duur van één maand, vanwege het zich herhaaldelijk niet houden aan de opgelegde belmaatregel in het kader van verzoekers status als gedetineerde met een vlucht-/maatschappelijk risico (GVM). De disciplinaire straf gaat in op 22 juni 2023 om 13.20 uur en eindigt op 22 juli 2023 om 13.20 uur.
Verzoekers raadsman, mr. M. de Reus, vraagt namens verzoeker om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging daarvan.
De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van de directeur op het schorsingsverzoek en van het klaagschrift.
2. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat bij een verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling. De zaak kan dus niet ten gronde worden onderzocht. De voorzitter beoordeelt alleen of de beslissing waartegen beklag is ingesteld in strijd is met een wettelijk voorschrift of dat deze zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om op dit moment de (verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing te schorsen. Naar het oordeel van de voorzitter is dat het geval.
Namens verzoeker is in het klaagschrift aangevoerd dat de opgelegde disciplinaire straf in strijd is met de wet, nu een dergelijke straf slechts voor maximaal twee weken kan worden opgelegd (artikel 51, eerste lid, aanhef en onder c. van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw)).
De directeur verwijst naar zijn eerdere reacties op de schorsingsverzoeken (RSJ 22 mei 2023, 23/33771/SGA en RSJ 6 juni 2023, 23/34089/SGA). Aan verzoeker is vanwege zijn plaatsing op de GVM-lijst onder andere een belmaatregel opgelegd van vijftien minuten per dag (exclusief geprivilegieerde contacten). Tijdens meerdere controles is gebleken dat verzoeker de belmaatregel dagelijks ruim overschreed. Verzoeker is hiervoor gewaarschuwd op 15 en 16 mei 2023 en 16 juni 2023, aldus de directeur. Ondanks deze waarschuwingen heeft verzoeker zijn belgedrag niet aangepast. Om die reden is aan verzoeker de disciplinaire straf opgelegd. De directeur voert aan dat verzoeker tijdens de disciplinaire straf wel gebruik kan maken van de telefooncel op de afdeling (vijftien minuten per dag, exclusief geprivilegieerde contacten) en dat hij tien minuten per dag extra mag bellen met zijn moeder, die ernstig ziek is. Verder voert de directeur aan dat een gedetineerde op grond van de Pbw het recht heeft om tien minuten per week te bellen en dat de GVM-circulaire een kader hanteert van tien minuten bellen per dag.
De voorzitter overweegt dat aan verzoeker een disciplinaire straf is opgelegd op grond van artikel 51, eerste lid, aanhef en onder c. van de Pbw. Dit artikel schrijft voor dat een disciplinaire straf ten hoogste voor de duur van twee weken opgelegd kan worden. Uit de bestreden beslissing volgt dat aan verzoeker een disciplinaire straf is opgelegd voor de duur van één maand. Gelet op het voorgaande is de bestreden beslissing in strijd met de wet genomen. De voorzitter zal het verzoek dan ook toewijzen en de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing schorsen voor zover deze de maximale duur van twee weken te boven gaat.
3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek toe en schorst de tenuitvoerlegging van de bestreden beslissing voor zover deze de maximale duur van twee weken te boven gaat tot het moment waarop de beklagcommissie op het onderliggende beklag heeft beslist.
Deze uitspraak is op 27 juni 2023 gedaan door mr. A.M.G. Smit, voorzitter, bijgestaan door J.A. van der Veen, secretaris.
secretaris voorzitter