Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0745/GB en 08/1141/GB, 11 juli 2008, beroep
Uitspraakdatum:11-07-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/745/GB en 08/1141/GB

Betreft: [klager] datum: 11 juli 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van de bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschriften van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen de op 12 maart en 7 mei 2008 genomen beslissingen van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissingen
De selectiefunctionaris heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn bezwaar tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis Grave en het verzoek om overplaatsing naar de gevangenis Roermond afgewezen.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 16 juni 2006 gedetineerd. Hij verbleef in de gevangenis De Geerhorst te Sittard. Op 22 februari 2008 is hij overgeplaatst naar de gevangenis Grave, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

2.2. Bij uitspraak van 19 mei 2008, met nummer 4464/08S, van de beklagcommissie bij de gevangenis De Geerhorst, is klagers beklag betreffende de ordemaatregel van afzondering in een afzonderingscel voor de duur van 7 dagen en de ordemaatregel van
afzondering in de eigen verblijfsruimte voor de duur van 14 dagen of tot klagers overplaatsing ongegrond verklaard. Klager is niet in beroep gekomen waardoor deze uitspraak onherroepelijk is geworden.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft zijn beroepen als volgt toegelicht. De selectiefunctionaris heeft geen rekening gehouden met de omstandigheden die voor klager zeer zwaar wegen. Voor klagers zoon, die gehandicapt is, is het bijna onmogelijk om klager te bezoeken,
gelet op de reisafstand en de voorzieningen die hiervoor moeten worden getroffen. Het contact tussen klager en zijn zoon is van essentieel belang. Klager heeft een verklaring overgelegd waaruit blijkt dat hij een gehandicapt kind heeft.
Klager is zelf ook gehandicapt. Voor hem is het van essentieel belang dat hij op ieder moment van de dag in de gelegenheid wordt gesteld te kunnen sporten cq. fitnessen. In de gevangenis Grave is dat onmogelijk. Het verblijf van klager in de gevangenis
Grave is om deze redenen ondraaglijk en medisch niet verantwoord. De van de gevangenis De Geerhorst afkomstige informatie is niet juist.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissingen als volgt toegelicht. Uit informatie van de gevangenis De Geerhorst blijkt dat klager geen vriendin en kinderen heeft. De bezoekregistratie van de gevangenis De Geerhorst geeft aan dat er
geen kind van klager op bezoek is geweest. Voor zover klager een gehandicapt kind heeft, dan heeft hij in de gevangenis De Geerhorst daar nimmer aandacht voor gevraagd. Ook na informatie te hebben ingewonnen bij de gevangenis Grave blijkt uit niets dat
er sprake is van wat klager aangeeft.
Uit het selectieadvies van de gevangenis Grave blijkt verder dat klager een goede gezondheid geniet. Door de gevangenis Grave wordt bevestigd dat wanneer om medische redenen klager gebruik moet maken van fitness en/of bewegingsapparaten, dit in de
gevangenis Grave vanzelfsprekend mogelijk is.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis Grave is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissingen van de selectiefunctionaris kunnen, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Hetgeen klager heeft aangevoerd over de
bezoekmogelijkheden is door klager niet voldoende aannemelijk gemaakt. De beroepen zullen derhalve ongegrond worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart de beroepen ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van
R. Kokee, secretaris, op 11 juli 2008

secretaris voorzitter

Naar boven