Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0169/GA, 3 juni 2008, beroep
Uitspraakdatum:03-06-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 08/169/GA

betreft: [klager] datum: 3 juni 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van bij het secretariaat van de Raad ingekomen 54 bladzijden van

[...], verder te noemen klager,

die betrekking hebben op een uitspraak van 10 januari 2008 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Zuid-West te Middelburg op 27 klachten,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De behandeling heeft plaatsgevonden ter zitting van de beroepscommissie van 7 mei 2008, gehouden in de p.i. Amsterdam.

Klager en de directeur van de p.i. Zuid-West te Middelburg hebben laten weten niet ter zitting te zullen verschijnen.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagrechter
Het beklag houdt in dat telefoongesprekken van gedetineerden met hun familie/kinderen in de p.i. worden opgenomen.

De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in het beklag op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft voormelde 54 bladzijden gericht aan de voorzitter van de beroepscommissie betreffende de zaak van ‘the European Convention on Human Rights, the International Convention on the Rights of Children, the Members of the British Parliament, the
Members of the Swedish Parliament, the Members of the Spanish Parliament, the Members of the Slovenian Parliament, the Members of the Slovakian Parliament, the Members of the Romanian Parliament, the Members of the Portuguese Parliament, the Members
of
the Polish Parliament, the Members of the Dutch Parliament, the Members of the Maltese Parliament, the Members of the Luxembourger Parliament, the Members of the Lithuanian Parliament, the Members of the Belgian Parliament, the Members of the
Austrian
Parliament, the Members of the Latvian Parliament, the Members of the Italian Parliament, the Members of the Irish Parliament, the Members of the Hungarian Parliament, the Members of the Greek Parliament, the Members of the German Parliament, the
Members of the French Parliament, the Members of the Finnish Parliament, the Members of the Estonian Parliament, the Members of the Danish Parliament, the Members of the Czech Parliament, the Members of the Cypriot Parliament and the Members of the
Bulgarian Parliament’ en de beklagrechter bij de p.i. Zuid-West te Middelburg. In deze 54 bladzijden heeft klager zinnen doorgestreept, beklagnummers en data toegevoegd en de bladzijden voorzien van zijn handtekening. Uit de 54 bladzijden valt op te
maken dat klager stelt dat de uitspraak van de beklagrechter in strijd is met het EVRM, de Europese Gevangenisregels, verdragsregels en de Nederlandse wet. Voorts heeft de beklagrechter niet tijdig uitspraak gedaan en heeft klager verzocht om de
stukken
en de uitspraak aan klager in de Engelse taal te verstrekken. Klager verwijst naar 27 klaagschriften.

De directeur heeft niet gereageerd op het door klager gestelde.

3. De beoordeling
Klager heeft aan de beroepscommissie verzocht om hem een vertaling van alle stukken en de uitspraken in de Engelse taal ter hand te stellen. Gelet op artikel 71, vierde lid, Pbw juncto artikel 67, vierde lid, Pbw kan, naar moet worden aangenomen, de
directeur van de p.i. in een vertaling van de betreffende uitspraken voorzien en derhalve kan klager dit verzoek richten aan de directeur van de p.i. Ook ten aanzien van de overige in beroep aan de orde zijnde dossierstukken geldt dat klager aan de
directeur kan verzoeken dat deze hem in een voor hem begrijpelijke taal ter kennis worden gebracht.

Uit artikel 69, eerste lid, Pbw volgt onder meer dat een gedetineerde tegen de uitspraak van de beklagrechter beroep kan instellen door het indienen van een met redenen omkleed beroepschrift. De beroepscommissie is van oordeel dat de door klager
toegestuurde 54 bladzijden, die blijkbaar betrekking hebben op zaken ingediend bij 30 verschillende instanties, waaronder de beklagrechter van de p.i. Zuid-West te Middelburg, waarin klager zinnen heeft weggestreept en waaraan hij data van uitspraken,
dagtekeningen, nummers van zaken en zijn handtekening heeft toegevoegd, niet kunnen worden aangemerkt als een met redenen omkleed beroepschrift. Klager is ook niet ter zitting verschenen om alsnog een toelichting te geven. Bovendien heeft klager niet
aangetoond dat jegens hem specifieke beslissingen met betrekking tot het afluisteren of opnemen van telefoongesprekken zijn genomen. De beroepscommissie zal klager niet-ontvankelijk in zijn beroep verklaren.

Opmerking verdient nog het volgende.
In artikel 67, eerste lid, Pbw is vermeld dat de beklagrechter binnen een termijn van vier weken uitspraak doet, welke termijn in bijzondere omstandigheden met ten hoogste vier weken kan worden verlengd. Klager heeft op 22 december 2007 beklag
ingediend. De beslissing van de beklagrechter is klager vervolgens op 10 januari 2008, derhalve binnen vier weken, aan klager toegezonden. Overigens verbindt de wet geen gevolgen aan overschrijding van genoemde termijn.

In artikel 39, tweede lid, Pbw is geregeld dat de directeur kan bepalen dat op de door of met de gedetineerde gevoerde telefoongesprekken toezicht wordt uitgeoefend, indien dit noodzakelijk is om de identiteit van de persoon, met wie de gedetineerde
een
gesprek voert, vast te stellen dan wel met het oog op een belang als bedoeld in artikel 36, vierde lid, Pbw, te weten: a. de handhaving van de orde of de veiligheid in de inrichting; b. de bescherming van de openbare orde of nationale veiligheid; c. de
voorkoming of opsporing van strafbare feiten; d. de bescherming van slachtoffers van of anderszins betrokkenen bij misdrijven. Dit toezicht kan omvatten het beluisteren of opnemen van het telefoongesprek. Tevoren wordt aan de betrokkene mededeling
gedaan van de aard en de reden van het toezicht. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over het bewaren en verstrekken van opgenomen telefoongesprekken. In zijn algemeenheid kan niet worden gesteld dat deze
regelgeving in strijd is met het EVRM.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in het beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. dr. U. van de Pol, voorzitter, mr. C.J.G. Bleichrodt en L. Diepenhorst MPA, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 3 juni 2008

secretaris voorzitter

Naar boven