Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/3521/TA, 27 maart 2008, beroep
Uitspraakdatum:27-03-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/3521/TA

betreft: [klager] datum: 27 maart 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 67 van de Beginselenwet verpleging ter beschikking gestelden (Bvt) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een uitspraak van 7 december 2007 van de alleensprekende beklagrechter bij FPC Dr. S. van Mesdag te Groningen, verder te noemen de inrichting, voor zover daarbij aan klager een tegemoetkoming is toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft het hoofd van de inrichting in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. R. Polderman om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van de stukken en haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagcommissie heeft een tegemoetkoming van € 10,= toegekend vanwege de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende de duur van inbeslagname van vijf dvd’s, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Door en namens klager is het beroep als volgt toegelicht. De tegemoetkoming is onredelijk en onbillijk, omdat de dvd’s al in februari 2005 in beslag waren genomen.
Klagers rechten zijn gedurende 500 dagen opzettelijk geschonden, buiten de valselijke beschuldigingen van het hebben van kinderporno, waarmee het hoofd van de inrichting zijn behandeling wil schaden en verlengen. Met de toegekende tegemoetkoming geeft
de beklagrechter de inrichting een vrijbrief om de Bvt voortdurend te schenden en patiënten daarmee geestelijk te mishandelen. Klager eist een compensatie van € 10,= voor elke dag dat zijn rechten zijn geschonden.
Klager wenst zijn klacht ter zitting met zijn raadsman toe te lichten.

Namens het hoofd van de inrichting is daarop als volgt gereageerd. Ter zitting van de beklagrechter is namens het hoofd van de inrichting onder meer naar voren gebracht dat de duur van de inbeslagname onredelijk lang voorkomt en dat het redelijk is
klager daarvoor een tegemoetkoming te geven. De beklagrechter heeft naar redelijkheid en billijkheid een tegemoetkoming van € 10,= vastgesteld en heeft daarbij alle relevante factoren meegewogen. Het hoofd van de inrichting conformeert zich daaraan.

3. De beoordeling
De beroepscommissie acht zich voldoende ingelicht om het beroep te kunnen beoordelen. Zij wijst klagers verzoek om behandeling van zijn beroep ter zitting om die reden af.

De beroepscommissie kan zich niet verenigen met de toegekende tegemoetkoming in het licht van de duur van de periode van inbeslagname. Blijkens de stukken zijn de vijf dvd’s in februari 2005 in beslag genomen en pas in april 2007, derhalve ruim twee
jaar later, gecontroleerd. Nadat was gebleken dat een dvd onleesbaar was en de vier overige dvd’s cabaret en muziek bevatten, zijn die vier dvd’s aan klager teruggegeven. Onduidelijk is gebleven waarom de inbeslagname zo lang heeft geduurd. De
inbeslagname van de dvd’s vond plaats ter controle op c.q. verdenking van bezit van (kinder)porno. Klager had er dus alle belang bij dat zo spoedig mogelijk werd vastgesteld of er zich wel of geen (kinder)porno op de dvd’s bevond. De inrichting had dit
onderzoek – voor zover technisch mogelijk – dan ook met voortvarendheid ter hand moeten nemen. Vastgesteld kan worden dat daarvan in het onderhavige geval geen sprake was.
Het beroep zal dan ook gegrond worden verklaard en de beroepscommissie zal een hogere tegemoetkoming vaststellen, namelijk € 100,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie voor zover daartegen beroep is ingesteld en bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 100,=.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr.drs. F.A.M. Bakker, voorzitter, drs. G.A.M. Mensing en mr. J.M. van der Vaart, leden, in tegenwoordigheid van mr. E.W. Bevaart, secretaris, op 27 maart 2008

secretaris voorzitter

Naar boven