Nummer 22/27219/SGA
Betreft [verzoeker]
Datum 4 mei 2022
Uitspraak van de voorzitter van de beroepscommissie van de RSJ op het verzoek van [verzoeker] (hierna: verzoeker)
1. De procedure
Verzoeker vraagt om schorsing van de (verdere) tenuitvoerlegging van de aan hem opgelegde waarschuwing van 28 april 2022 betreffende het niet mogen versturen van post naar zijn ex-vriendin.
De voorzitter heeft kennisgenomen van de reactie van de directeur van de locatie Roermond op het schorsingsverzoek en van de mededeling van de secretaris van de beklagcommissie dat het schorsingsverzoek zal worden ingeschreven als klaagschrift (beklagkenmerk nog onbekend).
2. De ontvankelijkheid
Uit de inlichtingen van de directeur blijkt dat vanuit het GRIP is verzocht ervoor zorg te dragen dat het versturen van post aan verzoeker ex-vriendin stopt. Deze mededeling is aan verzoeker middels een waarschuwing overgebracht. Naar het voorlopig oordeel van de voorzitter is er (nog) geen sprake van een beslissing zoals bedoeld in artikel 60, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet. Om die reden kan verzoeker op dit moment (nog) niet worden ontvangen in zijn verzoek.
3. De uitspraak
De voorzitter verklaart verzoeker niet-ontvankelijk in zijn verzoek.
Deze uitspraak is op 4 mei 2022 gegeven door mr. A.M.G. Smit, voorzitter, bijgestaan door mr. B.M.L. Commelter, secretaris.
secretaris voorzitter
Versie informatie document
Publicatie op Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming:
Huidige versie: 1
Datum beschikbaarheid huidige versie: 20-05-2022 (vanaf dit moment beschikbaar op Raad voor strafrechtstoepassing en jeugdbescherming)
Datum document:
Uitspraakdatum: 04-05-2022