Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 21/24144/JA, 21 februari 2022, beroep
Uitspraakdatum:21-02-2022

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

Nummer          21/24144/JA

Betreft [klager]

Datum 21 februari 2022

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van  de directeur van de Rijks Justitiële Jeugdinrichting (RJJI) De Hartelborgt te Spijkenisse (hierna: de directeur)

 

1. De procedure

[klager], geboren op [geboortedatum] (hierna: klager) heeft beklag ingesteld tegen het delen van informatie met zijn moeder over het niet doorgaan van zijn verlof, zonder dat hij daarvoor toestemming heeft verleend.

De beklagrechter bij de RJJI De Hartelborgt heeft op 2 november 2021 het beklag gegrond verklaard (HB-2021-000216). De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.

De directeur heeft tegen deze uitspraak beroep ingesteld.

De beroepscommissie heeft […], plaatsvervangend vestigingsdirecteur van de RJJI De Hartelborgt, en […], waarnemer van klagers raadsman mr. A.D. Kloosterman, gehoord op de zitting van 26 januari 2022 in de rechtbank Midden-Nederland te Utrecht.

De beroepscommissie heeft vervoer voor klager geregeld, zodat hij op de zitting kon worden gehoord. Klager heeft echter geen gebruik gemaakt van die mogelijkheid.

 

2. De standpunten in beroep

Standpunt van de directeur

Klagers ouders hebben bij zijn verblijf in de inrichting, zijn behandeling en re-integratietraject een belangrijke rol. Om de kans op een succesvolle re-integratie in de maatschappij zo groot mogelijk te maken, is het betrekken van het netwerk van de (meerderjarige) jeugdige van wezenlijk belang. Met klager zijn individuele afspraken gemaakt. In het kader van de gezamenlijke verantwoordelijkheid voor het risicomanagement tijdens begeleide verloven, is in zijn zesde perspectiefplan vastgelegd dat wekelijks contact plaatsvindt met zijn moeder. Als een gepland verlof geen doorgang vindt, is het vanzelfsprekend dat de ‘ontvanger’ van het verlof hierover wordt geïnformeerd.

Waarschijnlijk is overwogen om de afspraak met zijn moeder door klager zelf te laten afbellen. Een groepsleider heeft (uiteindelijk) zijn moeder telefonisch meegedeeld dat zijn verlof niet doorging. Tijdens dit gesprek is op geen enkele manier behandelinhoudelijke informatie gedeeld. Klagers moeder heeft ‘haar conclusies getrokken’ en eigenhandig besloten dat hij thuis tijdelijk niet welkom is, omdat zij wil dat hij stopt met blowen. Middelengebruik komt bij klager vaker voor. Uit de in beroep overgelegde dagrapportage volgt dat hij zijn vader heeft verteld over het stilleggen van zijn verlof. Klager is erop gewezen dat zijn moeder mogelijk via zijn vader bekend is geworden met de reden waarom het verlof niet doorging. De in beroep overgelegde schriftelijke verklaring van klagers moeder, waarvan de waarde niet duidelijk is, is niet juist.

Standpunt van klager

Klagers privacy is geschonden. De stelling van de directeur dat de groepsleider uitsluitend heeft medegedeeld dat het verlof niet door zou gaan, is niet juist. Aan zijn moeder is telefonisch medegedeeld dat de oorzaak hiervan was gelegen in een positieve uitslag bij een urinecontrole op het gebruik van softdrugs. Het delen van deze uitslag betekent dat behandelinhoudelijke informatie is gedeeld, omdat het verlof onderdeel uitmaakt van klagers behandeling en re-integratietraject. Volgens de beklagrechter is het niet relevant wat tijdens het telefoongesprek precies is gezegd. Klagers moeder bevestigt in haar schriftelijke verklaring dat de groepsleider haar telefonisch heeft gecontacteerd met de mededeling over de positieve urinecontrole, als gevolg waarvan het verlof niet kon doorgaan. Daarnaast verklaart zijn moeder dat deze situatie ervoor heeft gezorgd dat zij langere tijd geen contact met elkaar hebben gehad. Inmiddels is het contact weer hersteld. Dat zonder klagers toestemming behandelinhoudelijke informatie met zijn moeder wordt gedeeld komt vaker voor.

Er is niet onderbouwd op grond waarvan de inrichting heeft besloten om met klagers moeder contact op te nemen. Dit is niet in overeenstemming met de in het perspectiefplan neergelegde afspraken en de gebruikelijke gang van zaken. Niet het zesde, maar het zevende perspectiefplan was ten tijde van klagers klacht van toepassing. Daarin is opgetekend dat in de afgelopen rapportageperiode (29 juli 2021 tot 30 november 2021) weinig contact is geweest met klagers ouders. Het klopt dus niet dat in het kader van zijn verloftraject wekelijks contact is met zijn moeder, nog los van het feit dat dit contact altijd uitsluitend plaatsvindt na afloop van het verlof. Verder volgt uit het standpunt van de directeur dat klager eigenhandig zijn vader belt over het niet doorgaan van het verlof. Ook toen klagers verlof in september 2021 opnieuw werd stilgelegd, heeft hij zelf de diverse betrokkenen daarover geïnformeerd.

 

3. De beoordeling

Klager is 22 jaar en stelt dat zijn recht op privacy is geschonden. Volgens hem heeft een groepsleider zonder zijn toestemming zijn moeder gebeld en haar medegedeeld dat hij positief heeft gescoord bij een urinecontrole en dat zijn verlof in augustus 2021 daarom is ingetrokken.

De beklagrechter heeft, kort samengevat, (onder meer) overwogen dat de wettelijke opvoedingstaak en het gezag van ouders eindigt op het moment dat de jeugdige de leeftijd van achttien jaar heeft bereikt en dat dit niet langer een rechtvaardigingsgrond vormt om zonder toestemming van de jeugdige informatie te verstrekken over zijn behandeling.

Om te kunnen bepalen of klagers privacy is geschonden, dient te worden vastgesteld welke informatie met klagers moeder is gedeeld. De directeur betwist dat behandelinhoudelijke informatie is verstrekt en stelt dat aan klagers moeder alleen is medegedeeld dat het verlof niet doorging. Klagers moeder heeft nog gevraagd waarom het verlof was stilgelegd, maar de groepsleider heeft aangegeven dat zij dit met haar zoon moest bespreken. In beroep is daarnaast de volgende passage uit de dagrapportage overgelegd:

‘‘De vader van [klager] heeft gebeld en gevraagd wanneer [klager] op verlof naar huis komt. Later heeft [klager] zijn vader gebeld en hem medegedeeld dat zijn verlof stil is gelegd.

Moeder is door [groepsleider 1] gebeld dat verlof niet door gaat. Moeder heeft aangegeven dat [klager] even niet welkom is thuis. Dit omdat moeder wil dat [klager] stopt met blowen en ze vindt dat ze haar poot stijf moet houden. [Groepsleider 2] heeft dit aan [klager] verteld. [Klager] pakt het in principe vrij rustig op, hij geeft wel meteen aan dat wij veel info doorgeven aan zijn moeder. Hierop wordt even[wel] gewezen naar zijn gesprek dit weekend met vader, waarop hij dit zelf heeft verteld en is dat wellicht de reden dat zijn moeder het weet. [Klager] knikt.’’

Op grond van het voorgaande is naar het oordeel van de beroepscommissie voldoende aannemelijk dat klagers moeder uit andere bron dan de groepsleider op de hoogte is geraakt van de reden waarom klagers verlof in augustus 2021 werd stilgelegd. De pas ter zitting overgelegde en ongedateerde schriftelijke verklaring van zijn moeder is niet concreet en legt onvoldoende gewicht in de schaal om deze conclusie anders te maken. Hoewel het volgens de directeur vanuit pedagogische overwegingen de voorkeur heeft dat jeugdigen hun afspraken zelf afbellen, heeft klager niet betwist dat het de inrichting om praktische redenen is toegestaan om zijn moeder te laten weten dat hij niet naar huis komt. De beroepscommissie is van oordeel dat van een schending van artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens geen sprake is.

Gelet op het voorgaande zal de beroepscommissie het beroep van de directeur gegrond verklaren, de uitspraak van de beklagrechter vernietigen en het beklag alsnog ongegrond verklaren.

 

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter en verklaart het beklag alsnog ongegrond.

Deze uitspraak is op 21 februari 2022 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. M. Iedema, voorzitter, mr. E. Lucas en drs. J.E. Wouda, leden, bijgestaan door mr. M.G. Bikker, secretaris.

secretaris        voorzitter

Naar boven