Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/3484/GB, 28 februari 2008, beroep
Uitspraakdatum:28-02-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/3484/GB

Betreft: [klager] datum: 28 februari 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 23 november 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) Tilburg afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 23 oktober 2007 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. De Boschpoort
te Breda.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager meent dat er sprake is van dreiging door een medeverdachte. Voor zijn aanhouding was er sprake van een heftige ruzie tussen de verdachten. De politie is hiervan op de hoogte. Klager en [...].
werden er door de andere verdachten van verdacht geld achterover te hebben gedrukt. Het zijn geen gemakkelijke jongens. De selectiefunctionaris wil kennelijk wachten met een overplaatsing totdat er iets in de inrichting is gebeurd. Verder kan klager in
Breda geen bezoek ontvangen van zijn ouders.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht. Klager is ingesloten voor het arrondissementsparket Breda. Slechts bij hoge uitzondering wordt een verzoek tot overplaatsing gehonoreerd, bijvoorbeeld op grond
van een zeer dringende sociale of medische indicatie. Bij de aanvraag ontbreekt een advies van een deskundige die de noodzakelijkheid en urgentie aantoont. Uit het selectieadvies is niet op te maken dat er problemen bestaan met een medeverdachte in de
strafzaak van klager. Uit de nagekomen berichten van de inrichting zijn geen signalen gekomen waaruit blijkt dat overplaatsing gewenst is.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Klager heeft om overplaatsing verzocht in verband met te verwachten problemen met een eveneens in Breda gedetineerde medeverdachte in zijn zaak en in verband met zijn bezoek. Van problemen als door klager gesteld, is niet kunnen blijken. Verder
heeft klager onvoldoende aannemelijk gemaakt dat vanwege sociale of medische redenen zijn familie niet in staat is de reisafstand van Tilburg naar Breda af te leggen. Gelet hierop kan de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de
selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. Het beroep is derhalve ongegrond.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 28 februari 2008

secretaris voorzitter

Naar boven