Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 08/0201/SGA, 30 januari 2008, schorsing
Uitspraakdatum:30-01-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 08/201/SGA

Betreft: [klager] datum: 30 januari 2008

De voorzitter van de beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen verzoekschrift van

[...], verder verzoeker te noemen, verblijvende in de locatie Amerswiel te Heerhugowaard.

Verzoeker vraagt om schorsing, met toepassing van artikel 66, eerste lid Pbw, van de (verdere) tenuitvoerlegging van de beslissing van de directeur van voormelde locatie, inhoudende dat in een beperkt beveiligde inrichting verblijvende gedetineerden
bij
het verrichten van buitenarbeid bij een door hen zelf aangedragen werkgever onder elektronisch toezicht worden geplaatst.

De voorzitter heeft voorts kennisgenomen van het klaagschrift d.d. 23 november 2007 en de aanvulling daarop d.d. 2 december 2007 alsmede van de schriftelijke inlichtingen van de directeur d.d. 28 januari 2008.

1. De standpunten van verzoeker en van de directeur
Verzoeker heeft aangevoerd dat hij op 23 november 2007 beklag heeft ingesteld met betrekking tot de regelgeving inzake buitenarbeid en elektronisch toezicht en dat dit een clusterbeklag betreft. Het beklag betreft de vraag of de directeur van de
locatie Amerswiel in strijd handelt met de wet dan wel anderszins onrechtmatig handelt nu zij gedetineerden in de beperkt beveiligde inrichting onder elektronisch toezicht plaatsen omdat zij buiten arbeid verrichten en bij een door de gedetineerde zelf
aangedragen werkgever werken. Deze “eigen” werkgevers worden op eenzelfde wijze beoordeeld op (justitiële) geschiktheid en op dezelfde wijze gedurende de arbeidsovereenkomst gecontroleerd door middel van bezoeken van inrichtingsmedewerkers. Al deze
gedetineerden hebben hun hoofdverblijf in de inrichting en er is geen sprake van vrijwillige medewerking. De selectiefunctionaris heeft naar aanleiding van een opdracht van de beklagrechter een brief opgesteld en daarin een reeks van plaatsingscriteria
vermeld die gelden bij een externe particuliere werkgever. Deze voorwaarden zeggen niets over dat er anders gehandeld zou moeten en/of kunnen worden ingeval van een eigen werkgever. De selectiefunctionaris geeft niet aan dat hij zijn
beslissingsbevoegdheid inzake elektronisch toezicht heeft overgedragen aan de directie van de locatie Amerswiel. Eerst op 20 februari 2008 wordt door de beklagcommissie een vervolgzitting gehouden en om die reden vraagt verzoeker, mede namens de andere
klagers, om de beslissing van de directeur gedurende de verdere behandeling van de beklagzaak te schorsen mede omdat op grond van artikel 4 van de Pbw en volgens de jurisprudentie van de Raad duidelijk is dat alle beslissingen rond de tenuitvoerlegging
van elektronisch toezicht behoren tot de exclusieve bevoegdheid van de selectiefunctionaris. In de persoonlijke zaak is geen sprake van een eigen werkgever maar van een werkgever die door het detacheringsbureau van de inrichting aan verzoeker is
gekoppeld. Als de regelgeving van de directie al terecht van toepassing zou blijken is in dit geval elektronisch toezicht bij voorbaat niet conform en verdient sowieso schorsing.

Uit de inlichtingen van de directeur komt onder meer het volgende naar voren. Verzoeker verblijft in een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) en werkt in deze fase van zijn detentie normaal gesproken op een werkzaal in de inrichting. Verzoeker is in
het kader van het project “De proeftuin Werkt” in de gelegenheid gesteld extramuraal te werken in Amsterdam. Aan dit project is gekoppeld de pilot Elektronisch Monitoring (E.M.) middels GPS. Dit wordt, met instemming van de gedetineerde, ingezet als
controlemiddel bij de moeilijker controleerbare werkplekken buiten de inrichting. Een en ander loopt bij verzoeker, na aanvankelijke instemming en medewerking, thans moeizaam.Via beklagzaken en de huidige procedure probeert verzoeker wel buiten te
blijven werken maar dan zonder toezicht middels GPS. Verzoeker kan zijn medewerking aan E.M. te allen tijde intrekken maar het gevolg is wel dat hij weer gewoon op de werkzaal gaat werken. Verzoeker wil echter beide, hij wil niet meewerken aan E.M.
maar
wel zonder controle buiten de inrichting werken.

2. De beoordeling
De voorzitter stelt voorop dat in het kader van het verzoek om schorsing van de tenuitvoerlegging van een beslissing van de directeur slechts ruimte bestaat voor een voorlopige beoordeling en dat de zaak niet ten gronde kan worden onderzocht en
beslist.
Aan de orde is daarom slechts de vraag of de beslissing waartegen beklag is ingediend in strijd is met een wettelijk voorschrift dan wel zodanig onredelijk of onbillijk is dat er een spoedeisend belang is om thans over te gaan tot schorsing van de
(verdere) tenuitvoerlegging van die beslissing. Naar het oordeel van de voorzitter is dat niet het geval. Verzoeker is immers niet verplicht om deel te nemen aan de pilot EM, maar heeft zelf de keuze om, indien hij niet wil meewerken aan de pilot EM,
andere werkzaamheden te verrichten binnen de inrichting. Onderdeel van de pilot, waar verzoeker vrijwillig aan deelneemt, is nu juist het onderzoeken van de toepassingsmogelijkheden van EM. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.

3. De uitspraak
De voorzitter wijst het verzoek af.

Aldus gedaan door mr. A.G. Coumans, voorzitter, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 30 januari 2008.

secretaris voorzitter

Naar boven