Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/3503/GV, 22 januari 2008, beroep
Uitspraakdatum:22-01-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/3503/GV

betreft: [klager] datum: 22 januari 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 19 december 2007 genomen beslissing van de Staatssecretaris van Justitie (de Staatssecretaris),

alsmede van de onderliggende stukken.

De beroepscommissie heeft de Staatssecretaris in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager om zijn beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De Staatssecretaris heeft klagers verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting in het kader van algemeen verlof afgewezen.

2. De standpunten
Klager heeft aangevoerd dat zijn verzoek tot het tijdelijk verlaten van de inrichting ten onrechte is afgewezen. Dit heeft hij als volgt toegelicht. Klager begrijpt niet waarom de selectiefunctionaris begint over informatie van het openbaar ministerie,
de politie, de inrichting en de reclassering, terwijl zij juist goedkeuring hebben gegeven om op verlof te gaan. De reclassering heeft de selectiefunctionaris zelfs tweemaal gebeld met de vraag om de afwijzende beslissing te herzien. Klager begrijpt
niet waar de selectiefunctionaris zijn informatie vandaan heeft en wil graag een gesprek met de selectiefunctionaris om hem te laten geloven dat zijn verlof zonder enig risico of gevaar zal verlopen.

Namens de Staatssecretaris is de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is een jonge jongen, bij wie sprake is van een persoonlijkheidsstoornis, zwakbegaafdheid en een gebrekkige ontwikkeling van zijn geweten. Hij heeft veel begeleiding nodig. Hij probeert zich voortdurend te bewijzen ten opzichte van het personeel
en medegedetineerden. Klager is erg impulsief en laat zich gemakkelijk beïnvloeden. In de groep kan klager erg negatief reageren. Hij wil zijn verlof bij zijn ouders doorbrengen. Zijn ouders hebben hem behoorlijk verwend en weinig eisen aan hem
gesteld.
Het adres is in een wijk, waar veel problemen voorkomen. Bij klager is sprake van een alcoholprobleem. Gezien de feestelijkheden met oud en nieuw is geoordeeld dat er te veel risico is om klager dan met verlof te laten gaan.

Op klagers verlofaanvraag zijn de volgende adviezen uitgebracht.
De directeur van het huis van bewaring (h.v.b.) Zwaag heeft aangegeven dat klager de afgelopen maanden qua gedrag zeker vooruit is gegaan. Klager is afdelingsreiniger, zijn urinecontroles zijn negatief en hij komt zijn afspraken goed na in de
inrichting. De directeur heeft positief geadviseerd ten aanzien van de verlofaanvraag.
De officier van justitie bij het arrondissementsparket te Alkmaar heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen verlofverlening.
De politie Alkmaar heeft aangegeven geen bezwaar te hebben tegen verlofverlening. Klagers moeder is verzocht om klager niet alleen de wijk in te laten gaan tijdens verlof en zij zou hiervoor instaan.

3. De beoordeling
Klager ondergaat een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 8 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar, met aftrek wegens openlijke geweldpleging en (gekwalificeerde) diefstal. Aansluitend dient hij een gevangenisstraf van 3 maanden te
ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 21 maart 2008. Aansluitend dient hij eventueel subsidiaire hechtenis van in totaal 21 dagen te ondergaan.

Het beroep richt zich tegen de afwijzing van klagers eerste verlofaanvraag. Hij kan in totaal drie verlofaanvragen indienen.

Zowel de directeur van het h.v.b. Zwaag, de officier van justitie als de politie hebben positief geadviseerd terzake van verlofverlening. De selectiefunctionaris heeft de positieve adviezen terzijde gelegd en gesteld dat, omdat klagers verlofadres in
een probleemwijk ligt, er te veel risico is om klager met oud en nieuw met verlof te laten gaan. De directeur van de inrichting heeft aangegeven dat klagers gedrag de laatste maanden goed vooruit is gegaan en de politie heeft met klagers moeder
afgesproken dat zij hem niet onbegeleid de wijk zal laten ingaan tijdens verlof. Daarbij komt dat klagers v.i.-datum nabij is.
Gelet op het hiervoor overwogene is de beroepscommissie van oordeel dat de beslissing van de Staatssecretaris niet op goede gronden rust. Zij zal de beslissing vernietigen en de Staatssecretaris opdragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming
van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee weken (na ontvangst). Zij zal aan klager geen tegemoetkoming toekennen.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de Staatssecretaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van de uitspraak van de beroepscommissie binnen een termijn van twee weken (na ontvangst).
Zij kent aan klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. U. van de Pol, voorzitter, mr. M. Boone en mr. J.M.M. van Woensel, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 22 januari 2008

secretaris voorzitter

Naar boven