Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/2985/GB, 21 januari 2008, beroep
Uitspraakdatum:21-01-2008

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/2985/GB

Betreft: [klager] datum: 21 januari 2008

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. R.J. Portegies, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 29 oktober 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis Lelystad ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 22 februari 2007 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring Almere-Binnen. Op 26 oktober 2007 is hij geplaatst in de gevangenis Lelystad, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager kan zich niet met de beslissing verenigen daar de selectiefunctionaris in het geheel niet is ingegaan op klagers stelling dat hij in een andere plaats woont dan het slachtoffer en dat hij heeft aangegeven dat hij verlof onder de beperking dat
hij
het winkelcentrum van Uithoorn mijdt, eveneens aanvaardbaar vindt.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager prefereerde plaatsing in een beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.). Dit verzoek is afgewezen om reden van maatschappelijke onrust en confrontatiegevaar met het slachtoffer. Het Openbaar Ministerie heeft aangegeven dat klager veroordeeld is voor
een zeer ernstig geweldsdelict. Het betreft een roofoverval in een woning. Naar de maatschappij toe wordt het niet verantwoord geacht om nu al verlof toe te kennen. Klager wil zijn verlof doorbrengen in dezelfde gemeente (Uithoorn) als waar het delict
gepleegd is en waar het slachtoffer woont. Klagers raadsman heeft in het bezwaarschrift aangegeven dat klager in Uithoorn woont en het slachtoffer in De Kwakel (gemeente Uithoorn). Klager is bereid om zijn boodschappen niet in Uithoorn te doen.
Aangezien de afstand tussen het verlofadres van klager en het woonadres van het slachtoffer te gering is (de afstand tussen Uithoorn en De Kwakel is twee kilometer), waardoor het confrontatiegevaar en de kans op maatschappelijke onrust aanwezig wordt
geacht, is via het b.s.d. aan klager verzocht of hij geen ander verlofadres kon overleggen. Op 29 oktober 2007 bleek dat klager geen ander verlofadres kon overleggen, waarna het bezwaarschrift ongegrond is verklaard.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis Lelystad is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager, die is veroordeeld, kan in een gevangenis met een regime van algehele gemeenschap worden geplaatst.

4.3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
Hierbij is in aanmerking genomen dat de selectiefunctionaris, gelet op de korte afstand tussen klagers verlofadres en het woonadres van het slachtoffer en het feit dat klager geen verlofadres elders heeft opgegeven, in redelijkheid heeft kunnen
oordelen
dat klager thans niet in aanmerking kan komen voor plaatsing in een inrichting met een beperkt beveiligingsniveau.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. M.A.G. Rutten en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.S. van Gemert, secretaris, op 21 januari 2008

secretaris voorzitter

Naar boven