Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/1675/GB, 24 augustus 2007, beroep
Uitspraakdatum:24-08-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/1675/GB

Betreft: [klager] datum: 24 augustus 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.J.A.E. Rijssenbeek, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 14 juni 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager, gericht tegen de beslissing hem terug te plaatsen naar een gevangenis, ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 16 maart 2006 gedetineerd. Hij verbleef sinds 26 april 2007 in de zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) Het Keern te Hoorn. Op 30 mei 2007 is hij overgeplaatst naar de gevangenis locatie Westlinge te Heerhugowaard, waar
een regime van algehele gemeenschap geldt. Vervolgens is klager op 31 mei 2007 overgeplaatst naar de gevangenis locatie Bankenbosch te Veenhuizen.

3. De standpunten
3.1. Het beroep is namens klager als volgt toegelicht.
De beslissing van de selectiefunctionaris is niet voldoende gemotiveerd en niet zorgvuldig genomen. Er is niet uitgegaan van vaststaande feiten en voor zover de feiten wel vaststaan zijn deze niet als zodanig erkend. Klager betwist dat er sprake zou
zijn geweest van een ongeïnteresseerde en onvoldoende werkhouding. Evenmin is hij door de werkgever aangesproken op zijn werkhouding, hij heeft nimmer te horen gekregen dat hij niet goed zou functioneren. De werkgever heeft juist gezegd dat hij
tevreden
over hem was. Klager heeft nooit een waarschuwing gekregen en er is nooit een rapport opgemaakt met betrekking tot zijn werkhouding. Klager heeft wel last gekregen van zijn enkel en heeft toen op advies van en met toestemming van de medische dienst van
de z.b.b.i. zijn eigen huisarts bezocht. Omdat er geen lichtere werkzaamheden voorhanden waren, heeft klager in overleg met het personeel van de z.b.b.i. huishoudelijke werkzaamheden binnen de inrichting verricht. De kritiek op zijn werkhouding is voor
klager onbegrijpelijk. Wellicht is klagers ontslag het gevolg van het feit dat de werkgever te veel mensen had aangenomen voor de werkzaamheden. Bovendien heeft de selectiefunctionaris de beslissing al genomen nog vóór klager was gehoord in het kader
van de opgelegde ordemaatregel, zodat er nog niet was voldaan aan de wettelijke vereisten voor het opleggen van een ordemaatregel.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
De desbetreffende werkgever, een structurele werkgever voor vier gedetineerden die verblijven in de z.b.b.i. Het Keern, was niet blij met de werkprestaties van klager. Hij heeft klager hier meerdere malen op aangesproken en gewaarschuwd. Uiteindelijk
bleek dit onvoldoende te werken en is klager ontslagen. Door eigen toedoen ontslagen worden in een z.b.b.i. betekent dat verblijf aldaar niet langer mogelijk is en dat men wordt teruggeplaatst naar het vorige regime. Vervolgens is klager overgeplaatst
naar de gevangenis locatie Westlinge, maar daar verbleef een gedetineerde van wie klager heeft aangegeven dat zij elkaar naar het leven staan. Klager is dan ook meteen overgeplaatst naar de gevangenis locatie Bankenbosch. Dat de desbetreffende
werkgever
onvoldoende werk zou hebben en dat klager om die reden ontslagen zou zijn, wordt overigens niet onderschreven door de feiten. De werkgever heeft immers direct verzocht om de werkplek met spoed weer op te vullen.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis locatie Westlinge te Heerhugowaard is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap.

4.2. Het beroep is, blijkens de daarvoor gegeven onderbouwing, gericht tegen de gronden voor de wegplaatsing uit de z.b.b.i. Voldoende aannemelijk is geworden dat klager onvoldoende werkprestaties heeft geleverd en dat de werkgever hem daarom heeft
kunnen ontslaan. De daarop gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

4.3. De selectiebeslissing vermeldt dat klager wordt geselecteerd voor “P.I. Noord Holland-Noord, locatie PI Westlinge BBI, gevangenis mannen algehele gemeenschap te Heerhugowaard”. Gelet op de nadere toelichting bij deze beslissing heeft de
selectiefunctionaris bedoeld klager te selecteren voor paviljoen A van de locatie Westlinge.

4.4. De motivering van de beslissing van de selectiefunctionaris houdt in dat ontslag bij de werkgever leidt tot terugplaatsing in het vorige regime. De onderhavige terugplaatsing betreft een terugplaatsing in een strenger regime dan het vorige.
Daaromtrent bevat de beslissing van de selectiefunctionaris echter geen nadere motivering. Dit zou moeten leiden tot het oordeel dat de beslissing van de selectiefunctionaris moet worden vernietigd en dat de selectiefunctionaris de opdracht zou dienen
te krijgen opnieuw te beslissen, terwijl geen tegemoetkoming zou worden toegekend. Nu klager zich inmiddels in vrijheid bevindt, mist hij belang bij deze afdoening van het beroep.

4.5. Het voorgaande brengt mee dat het beroep niet gegrond kan worden verklaard.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. G.J. Fleers en mr. A.G. Bosch, leden, in tegenwoordigheid van D.C. Carsten, secretaris, op 24 augustus 2007

secretaris voorzitter

Naar boven