Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/1360/GA, 14 augustus 2007, beroep
Uitspraakdatum:14-08-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/1360/GA

betreft: [klager] datum: 14 augustus 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen de uitspraak van 10 mei 2007 van de alleensprekende beklagrechter bij de penitentiaire inrichting (p.i.) Vught, voor zover daarbij aan klager geen tegemoetkoming is toegekend,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

De beroepscommissie heeft de directeur van de p.i. Vught in de gelegenheid gesteld schriftelijk te reageren op het beroep en klager alsmede zijn raadsman mr. E.R. Weening om het beroep schriftelijk toe te lichten.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van de tegemoetkoming
De beklagrechter heeft geen tegemoetkoming toegekend, ondanks de gegrondverklaring van klagers beklag betreffende het openen van geprivilegieerde post, op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven.

2. De standpunten van klager en de directeur
Klager heeft het beroep als volgt toegelicht. Klager vindt een tegemoetkoming op zijn plaats, omdat het niet de eerste keer is dat geprivilegieerde post bij hem en/of anderen wordt geopend. Het verweer van de directeur is steeds dat het per ongeluk
gebeurt. Dat kan zijn, maar als de envelop eenmaal is geopend, is de drang naar nieuwsgierigheid groot om de inhoud van de post te lezen.

De directeur heeft zijn standpunt omtrent de tegemoetkoming niet kenbaar gemaakt.

3. De beoordeling
De beroepscommissie kan zich, gelet op de aard van het gegrondverklaarde beklag, niet verenigen met het niet toekennen van een tegemoetkoming. Het beroep zal dan ook gegrond worden verklaard en de beroepscommissie zal een tegemoetkoming vaststellen van
€ 5,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart. het beroep gegrond, vernietigt de uitspraak van de beklagrechter voor zover daarbij aan klager geen tegemoetkoming is toegekend en bepaalt dat aan klager een tegemoetkoming toekomt van € 5,=.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. P.N.E. Plooij, secretaris, op 14 augustus 2007

secretaris voorzitter

Naar boven