Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/1211/GB, 17 juli 2007, beroep
Uitspraakdatum:17-07-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/1211/GB

Betreft: [klager] datum: 17 juli 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 26 april 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in de regio Rotterdam of Den Haag afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 18 december 2006 gedetineerd. Hij verblijft in het h.v.b. Zwaag.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft het beroep als volgt toegelicht.
Klagers bezoek komt met name uit Rotterdam. Voor hen is het moeilijk om hem te komen bezoeken. Als hij in de regio Rotterdam geplaatst zou worden, kunnen zijn vriendin en kinderen hem bezoeken. Klagers moeder woont weliswaar in Amsterdam, maar zij kan
hem toch niet komen bezoeken. Klager heeft begrepen dat het openbaar ministerie geen bezwaar heeft tegen een dergelijke overplaatsing.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager wil graag overgeplaatst worden naar Rotterdam, zodat hij beter bereikbaar is voor zijn bezoek. Klager is gedetineerd voor het parket van het arrondissement Amsterdam. In dergelijke gevallen wordt een gedetineerde slechts in zeer bijzondere
gevallen overgeplaatst naar een inrichting in een ander arrondissement. De transportlijnen naar het parket en naar de rechtbank dienen namelijk zo kort mogelijk te blijven. Daarnaast blijkt uit de bezoeklijsten dat klager regelmatig bezoek krijgt uit
Rotterdam.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie neemt daarbij in aanmerking
dat de selectiefunctionaris (tevens) de ongestoorde rechtsgang dient te bewaken en dat het door klager aangevoerde persoonlijke belang bij bezoek onvoldoende zwaarwegend wordt geacht om te prevaleren boven het hiervoor genoemde belang van de
ongestoorde
rechtsgang.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 17 juli 2007

secretaris voorzitter

Naar boven