Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/1204/GB, 17 juli 2007, beroep
Uitspraakdatum:17-07-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 07/1204/GB

Betreft: [klager] datum: 17 juli 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.L. van Gaalen, namens

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 9 mei 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing het electronisch toezicht te hervatten gedurende het laatste deel van het penitentiair programma, ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager was sedert 14 oktober 2004 gedetineerd. Op 18 oktober 2006 is het p.p. van klager gestart met electronisch toezicht. Op 26 februari 2007 is besloten het electronisch toezicht te beëindigen. Op 12 maart 2007 heeft de selectiefunctionaris op grond
van informatie van de reclassering besloten het electronisch toezicht te hervatten. Klagers detentie is op 14 juni 2007 beëindigd.

3. Ontvankelijkheid
Op grond van artikel 72, eerste lid jo. artikel 17, eerste lid, onder b, Pbw heeft een gedetineerde het recht een beroepschrift in te dienen tegen de beslissing van de selectiefunctionaris tot beëindiging van zijn deelname aan een penitentiair
programma. Ingevolge artikel 72, eerste lid jo. artikel 18, eerste lid, Pbw heeft een gedetineerde voorts het recht een beroepschrift in te dienen tegen de afwijzing van zijn verzoek tot deelname aan een penitentiair programma.

In het onderhavige geval heeft de selectiefunctionaris op grond van artikel 7a van de Penitentiaire maatregel besloten het electronisch toezicht voort te zetten voor de verdere duur van het penitentiair programma. Van een beslissing tot beëindiging van
het penitentiair programma of een beslissing tot afwijzing van een verzoek tot deelname aan een penitentiair programma is evenwel geen sprake. Om deze reden dient klager niet-ontvankelijk in zijn beroep te worden verklaard. Overigens stelt de
beroepscommissie vast dat de detentie van klager inmiddels is beëindigd.

4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, dr. G.J. Fleers en mr. J.R. Meijeringh, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 17 juli 2007

secretaris voorzitter

Naar boven