Nummer: 07/965/GB
Betreft: [klager] datum: 26 juli 2007
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. M.G. Spijker, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 5 april 2007 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Klager en zijn raadsman, mr. E.H.J. Plass, zijn op 15 juni 2007 gehoord door een lid van de Raad. Van dat horen is verslag opgemaakt en een kopie van dat verslag is aan deze uitspraak gehecht.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem (als passant ter herselectie) te plaatsen in het huis van bewaring (h.v.b.) Maashegge ongegrond verklaard.
2. De feiten
Klager is sedert 29 augustus 2003 gedetineerd. Hij verbleef in de beperkt beveiligde inrichting (b.b.i.) Maashegge. Op 21 maart 2007 is hij als passant ter herselectie geplaatst in het h.v.b. Maashegge. Op 28 maart 2007 is hij geplaatst in de
gevangenis
Roermond.
3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep toegelicht zoals weergegeven in de aan deze uitspraak gehechte kopie van het verslag van horen. De inhoud daarvan geldt voor hier ingevoegd en herhaald.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is teruggeplaatst naar een gesloten inrichting omdat hij zich niet aan de met hem gemaakte afspraken heeft gehouden. Nu blijkt dat klager niet gemotiveerd is en uit het behandelingsprogramma is gezet, is besloten hem terug te plaatsen naar een
gesloten inrichting. Daarbij is mede gelet op het feit waarvoor hij veroordeeld is en op de behandeling die hij nodig heeft.
4. De beoordeling
4.1. Klager, die als passant ter herselectie in het h.v.b. was geplaatst, behoorde, gelet op artikel 9, tweede lid, Pbw, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.
4.2. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.
De beroepscommissie neemt daarbij in aanmerking dat in de selectiebeslissing tot plaatsing in de b.b.i. Maashegge (d.d. 19 oktober 2006) staat vermeld dat beslissingen over verdere fasering genomen worden aan de hand van actuele en concrete informatie.
Voorts is aangegeven dat klagers behandeling bij de stichting Kairos vanuit de b.b.i. wordt voortgezet. In het adviesrapport PP/ET van de Reclassering Nederland van de unit Roermond van 26 juli 2006 wordt onder het hoofd “Conclusie en advies” onder
meer
het volgende opgemerkt: “De rapporteur zou een positief advies voor deelname aan een penitentiair programma (p.p.) willen geven. Betrokkene zal deelnemen aan het programma zoals aangeboden door “Kairos” Nijmegen en daar op een goede en gemotiveerde
manier deelnemen. Mocht blijken dat betrokkene de kantjes er van af loopt of probeert op een negatieve manier de cursus c.q. de cursisten te beïnvloeden zullen de consequenties voor hemzelf zijn en zal hem verweten worden dat hij zich niet houdt aan de
voorwaarde zoals in de overeenkomst ET is vastgesteld. In een dergelijk geval zal de reclassering adviseren betrokkene terug te plaatsen naar een inrichting van justitie.”
Uit het eindrapport van Kairos van 2 april 2007 staat onder het hoofd “Conclusie over de behandeling bij uitschrijven en evt advies”: “De heer Kersten is niet gemotiveerd om deel te nemen aan de behandeling. Advies zou zijn om hem binnen de p.i.
Maashegge een behandelcontact aan te bieden, mocht dit kunnen.”
Klager heeft gesteld niet te willen meewerken aan een behandeling voor iets dat hij, volgens hem, niet gedaan heeft. Hij is wel bereid om mee te werken aan een behandeling, welke behandeling volgens hem ook binnen de b.b.i. plaats kan vinden.
Klager heeft, door niet mee te werken aan de hem door Kairos aangeboden behandeling, de gemaakte afspraken, welke hebben geleid tot zijn plaatsing in een b.b.i., niet heeft nagekomen.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 26 juli 2007
secretaris voorzitter