Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 07/0091/GA, 17 juli 2007, beroep
Uitspraakdatum:17-07-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

nummer: 07/91/GA

betreft: [klager] datum: 17 juli 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

de directeur van de locatie Ooyerhoek te Zutphen,

gericht tegen een uitspraak van 9 januari 2007 van de beklagcommissie bij voormelde locatie, gegeven op een klacht van [...], verder te noemen klager,

alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.

Ter zitting van de beroepscommissie van 7 mei 2007, gehouden in de locatie Ooyerhoek te Zutphen, is de directeur [...] gehoord.

Klager is kort geleden gearresteerd en verblijft thans op het politiebureau te Doetinchem.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:

1. De inhoud van het beklag en de uitspraak van de beklagcommissie
Het beklag betreft een disciplinaire straf van veertien dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel, wegens belediging van een personeelslid.

De beklagcommissie heeft het beklag gegrond verklaard op de gronden als in de aangehechte uitspraak weergegeven en klager een tegemoetkoming toegekend van € 105,=.

2. De standpunten van de directeur en klager
De directeur heeft in beroep zijn tegenover de beklagcommissie ingenomen standpunt als volgt toegelicht.
In de uitspraak van de beklagcommissie wordt geen onderscheid gemaakt tussen een formele en een materiële beoordeling van het beklag.
Er is sprake van een vormverzuim, want het rapport van 4 oktober 2006 is niet overeenkomstig art. 50, eerste lid, Pbw aan klager medegedeeld. Klager is niet ingesloten geweest op grond van een bewaardersarrest en is daardoor van 4 oktober tot 9 oktober
2006 feitelijk niet in zijn belangen geschaad. Voordat de disciplinaire straf op 9 oktober 2006 is opgelegd is klager gehoord en is het rapport met hem besproken.
Klager was zeer denigrerend naar een medewerkster van de winkel. Deze vrouw is een lilliputter.
De financiële tegemoetkoming van € 105,= is disproportioneel.

Klager heeft zijn standpunt, zoals ingenomen tegenover de beklagcommissie, in beroep niet toegelicht.

3. De beoordeling
Vast staat dat klager op 9 oktober 2006 een disciplinaire staf is opgelegd van veertien dagen opsluiting in een andere verblijfsruimte dan een strafcel. Deze beslissing is gegrond op het feit dat klager een medewerkster van de winkel heeft beledigd.
Uit het door deze medewerkster opgemaakte rapport blijkt niet dat klager de verslaglegging is medegedeeld.
Op grond van het bepaalde in artikel 50, eerste lid, van de Pbw, dient het voornemen om in een geval als in die bepaling bedoeld schriftelijk verslag aan de directeur te doen, aan de gedetineerde te worden medegedeeld. Gelet daarop dient het beklag op
formele gronden gegrond te worden verklaard.

De beroepscommissie overweegt voorts dat de directeur op goede gronden tot de oplegging van een disciplinaire straf heeft kunnen komen, zij het dat gelet op alle omstandigheden met een disciplinaire straf van zeven dagen opsluiting in een andere
verblijfsruimte dan een strafcel volstaan had dienen te worden.
Nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing niet meer ongedaan zijn te maken komt klager een tegemoetkoming toe.

De beroepscommissie zal aan klager een tegemoetkoming toekennen van € 70,=.

4. De uitspraak
De beroepscommissie vernietigt de uitspraak van de beklagcommissie en verklaart het beklag op formele gronden gegrond.
Zij verklaart het beklag voor zover dit de disciplinaire straf tot zeven dagen betreft alsnog ongegrond en voor zover de disciplinaire straf de zeven dagen overschrijdt gegrond.
Zij kent aan klager een tegemoetkoming toe van € 70,=.

Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. M.J.C. van Kamp, voorzitter, mr. C.J.G. Bleichrodt en dr. E.B.M. Rood-Pijpers, leden, in tegenwoordigheid van mr. S.A.H. de Bruin, secretaris, op 17 juli 2007

secretaris voorzitter

Naar boven