Nummer R-20/7724/GM
Betreft [klager]
Datum 12 april 2021
Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)
1. De procedure
Klager heeft beroep ingesteld tegen het medisch handelen van de inrichtingsarts van de locatie Zuyder Bos te Heerhugowaard (hierna: de inrichtingsarts). Klager beklaagt zich erover dat een verpleegkundige van de medische dienst informatie uit zijn medisch dossier heeft gedeeld met een medewerker van de keuken, waardoor volgens klager het medisch beroepsgeheim is geschonden.
De medisch adviseur bij het ministerie van Justitie & Veiligheid heeft bemiddeld. Het bemiddelingsverslag bevindt zich in het dossier.
De beroepscommissie heeft klager en de inrichtingsarts in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.
2. De standpunten in beroep
Standpunt van klager
De medische dienst van de PI heeft het medisch beroepsgeheim geschonden. De medisch adviseur vermeldt in zijn brief dat hij niet precies weet of de informatie per e-mail of anderszins is gegeven. Dit geeft aan dat er niet serieus met de klacht is omgegaan.
Standpunt van de inrichtingsarts
Klager stelt dat het medisch beroepsgeheim is geschonden door de medische dienst van de PI omdat de keuken, waar klager in het kader van zijn dagprogramma activiteiten verricht, gevraagd heeft of er beperkingen zijn ten aanzien van klagers werkzaamheden in de keuken. De verpleegkundige heeft de vraag van de medewerker van de keuken letterlijk opgenomen in het medisch dossier en voorgelegd aan de arts. De terugkoppeling aan de keuken is dat er geen beperkingen zijn met betrekking tot de activiteiten in de keuken voor klager. Hiermee is geen medische diagnostiek gedeeld. Binnen de Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI) wordt regelmatig aan de afdeling Zorg gevraagd of er wel of geen beperkingen zijn voor een justitiabele om regulier deel te kunnen nemen aan het dagprogramma. Dat is iets wat specifiek binnen DJI mogelijk is en te maken heeft met het verplicht deelnemen aan het dagprogramma. Op het moment dat er beperkingen zijn bij de inzet van een justitiabele op een bepaalde activiteit, wordt binnen de PI aangegeven wat de justitiabele wel kan. Denk hierbij aan het ‘uitvoeren van lichte werkzaamheden’, ‘afwisselend kunnen zitten/staan’ et cetera. Er worden geen medische gegevens gedeeld. De arts is de zorgprofessional die hiervan een inschatting maakt. Ook bij klager zijn geen medische gegevens gedeeld, er is enkel doorgegeven dat er geen beperkingen zijn bij klagers activiteiten in de keuken. Het was netjes geweest als klager ervan op de hoogte was dat deze vraag aan de zorg is gesteld en van de reactie hierop. Het beter informeren van de gedetineerde hierover zal worden opgepakt.
3. De beoordeling
Ingevolge het destijds geldende artikel 29, eerste lid, van de Penitentiaire maatregel (Pm) (oud) dient het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur bij het Ministerie van Justitie te worden ingediend uiterlijk op de veertiende dag na die waarop het medisch handelen waartegen de klacht zich richt heeft plaatsgevonden. Het beklagformulier, bestemd voor bemiddeling van medische klachten, is gedateerd 3 juli 2020 en klager heeft in zijn brief van 3 juli 2020 aangegeven dat hij op 12 juni 2020 het medisch dossier kreeg en vernam dat er op 20 mei 2020 mailverkeer is geweest tussen de verpleegkundige en de keuken waar klager destijds werkzaam was. Klager heeft de klacht dus buiten de termijn van artikel 29, eerste lid, van de Pm (oud) ingediend. Klager kan daarom niet in zijn klacht worden ontvangen.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn klacht.
Deze uitspraak is op 12 april 2021 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit
mr. N.C. van Lookeren Campagne, voorzitter, drs. P.J.M. van Puffelen en drs. M.P. Frankenhuis, leden, bijgestaan door mr. K. Kiela, secretaris.
secretaris voorzitter