Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-20/7977/TB, 16 maart 2021, beroep
Uitspraakdatum:16-03-2021

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

 

Nummer          R-20/7977/TB

           

Betreft [klager]

Datum 16 maart 2021

 

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep vanklager] (hierna: klager)

 

1. De procedure

Klager heeft een verzoek gedaan tot overplaatsing naar FPK Inforsa (hierna: Inforsa) te Amsterdam.

De Minister voor Rechtsbescherming (hierna: verweerder) heeft dat verzoek op 4 september 2020 afgewezen.

Klagers raadsman, mr. M.A. Prins, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze beslissing.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsman en verweerder in de gelegenheid gesteld hun standpunten schriftelijk (nader) toe te lichten.

De beroepscommissie heeft kennisgenomen van het beroepschrift, de reactie op het beroepschrift en de overige stukken.

2. De standpunten in beroep

Standpunt van klager

Klager heeft verzocht om te worden overgeplaatst naar Inforsa, gelet op het feit dat zijn behandeling stagneert en zijn familie en kennissen woonachting zijn in de omgeving van Amsterdam. Klager wenst graag een positieve nieuwe stap te maken in zijn behandeling.

Verweerder heeft het verzoek afgewezen, vanwege klagers licht verstandelijke beperking (LVB). Inforsa zou geen personen opnemen met een LVB-indicatie. Klager beschikt over een folder waaruit volgt dat Inforsa personen opneemt met een IQ van 60 en hoger. Uit de laatste IQ-test van klager kwam een IQ van 79. De reden van afwijzing is dan ook onjuist. In het verweerschrift van verweerder van 9 oktober 2020 wordt geen melding meer gemaakt van het – onjuist vastgestelde – functioneren van klager op LVB-niveau.

Daarnaast verblijft klager nu op beveiligingsniveau drie in FPK De Woenselse Poort (hierna: De Woenselse Poort). De drie opties, gegeven in de beslissing waartegen beroep is ingesteld, zijn alle drie FPC´s gelegen aan de andere kant van het land met afdelingen met beveiligingsniveau vier. Klager zou dan niet dichter bij zijn familie verblijven en worden geplaatst in een FPC met een hoger beveiligingsniveau. 

Standpunt van verweerder

Plaatsing van een tbs-gestelde met dwangverpleging en een LVB-indicatie is beperkt tot een aantal instellingen. Op beveiligingsniveau vier is plaatsing mogelijk in FPC Dr. S. van Mesdag, FPC De Rooyse Wissel en FPC De Kijvelanden. Voor beveiligingsniveau drie geldt dat plaatsing met een dergelijke indicatie slechts mogelijk is in De Woenselse Poort of FPK Hoeve Boschoord. Plaatsing in Inforsa is dan ook niet mogelijk. Daarnaast is door zowel klager als door de instelling een verzoek tot overplaatsing ingediend.

Uit het verzoek tot overplaatsing van de kliniek volgt dat sinds enkele maanden sprake is van grensoverschrijdend gedrag van klager en dat hij in een negatieve spiraal is terechtgekomen. Hierbij zijn de ernst en frequentie van de verbale agressie toegenomen. Bovendien beïnvloedt klager medepatiënten negatief en creëert hij een negatieve sfeer op de afdeling. Klager heeft zich meermaals dreigend uitgelaten naar een behandelaar. Ondanks gesprekken kan de negatieve spiraal door het huidige behandelteam niet meer worden doorbroken. Verder geeft de instelling aan dat het huidige beveiligingsniveau onvoldoende is om klager de kaders te bieden die hij nodig heeft om stappen in zijn behandeling te zetten.

Uit beide verzoeken volgt dan ook dat er sprake was een behandelimpasse en overplaatsing naar een andere instelling in de rede lag. Echter, vanwege de informatie van de instelling waaruit blijkt dat plaatsing van klager in hoger beveiligingsniveau noodzakelijk werd geacht is plaatsing in een andere FPK, bijvoorbeeld Inforsa, niet mogelijk.

Klager is inmiddels overgeplaatst naar FPC De Kijvelanden om daar een nieuwe behandelpoging te starten. Klager heeft tevens aangegeven hiertegen geen bezwaar te hebben en ziet dit als een nieuwe kans.

3. De beoordeling

Aan klager is door de rechtbank Amsterdam bij onherroepelijk geworden uitspraak de maatregel van terbeschikkingstelling (tbs) met voorwaarden opgelegd die door diezelfde rechtbank is omgezet in tbs met bevel tot verpleging van overheidswege. Deze uitspraak is bevestigd door het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden. Klager is bij beslissing van 20 augustus 2018 geplaatst in De Woenselse Poort. Klager heeft op 21 augustus 2020 verzocht om te worden overgeplaatst naar Inforsa. Klager is bij beslissing van 11 september 2020 geplaatst in FPC De Kijvelanden te Poortugaal.

Op grond van artikel 6.2 van de Wet forensische zorg moet verweerder bij de (over)plaatsing van ter beschikking gestelden de volgende factoren meenemen in zijn overwegingen:

a.  de eisen die de bescherming van de maatschappij tegen de gevaarlijkheid van de ter beschikking gestelde voor de veiligheid van anderen dan de ter beschikking gestelde of de algemene veiligheid van personen of goederen stelt;

b.  de eisen die de verlening van forensische zorg aan de forensische patiënt gezien de aard van de bij hem geconstateerde psychische stoornis of verstandelijke beperking stelt; en

c.  de forensische zorgbehoefte en het beveiligingsniveau zoals opgenomen in de indicatiestelling.

Het uitgangspunt van het door verweerder gevoerde beleid is dat een ter beschikking gestelde wordt geplaatst in een instelling binnen zijn eigen regio. Als een ter beschikking gestelde al in een instelling is geplaatst, wordt bij een verzoek om overplaatsing echter gekeken of een overplaatsing behandelinhoudelijk geïndiceerd is.

Uit de inlichtingen van verweerder volgt dat plaatsing van een tbs-gestelde met dwangverpleging en een LVB-indicatie is beperkt tot een aantal instellingen. Op beveiligingsniveau vier is plaatsing mogelijk in FPC Dr. S. van Mesdag, FPC De Rooyse Wissel en FPC De Kijvelanden. Voor beveiligingsniveau drie geldt dat plaatsing met een dergelijke indicatie slechts mogelijk is in De Woenselse Poort of FPK Hoeve Boschoord. Plaatsing in Inforsa is dan ook niet mogelijk.

Uit het verzoek tot overplaatsing van 25 augustus 2020, ingediend door De Woenselse Poort, volgt – onder meer – het volgende. Klager is de afgelopen maanden in een negatieve spiraal terechtgekomen, waarbij de ernst en frequentie van de verbale agressie zijn toegenomen. Gezien wordt dat klager medepatiënten negatief beïnvloedt, een onveilige sfeer op de afdeling neerzet en dreigende uitspraken doet richting het behandelteam. Deze negatieve spiraal kan door de behandelaren niet meer worden doorbroken en er is gebleken dat het huidige beveiligingsniveau onvoldoende is om klager de kaders te bieden die hij nodig heeft om stappen in zijn behandeling te kunnen zetten. De instelling acht een overplaatsing naar een instelling met beveiligingsniveau vier meer passend.

Gelet op het voorgaande en bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, kan de bestreden beslissing niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt. De beroepscommissie zal het beroep daarom ongegrond verklaren.

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

 

 

Deze uitspraak is op 16 maart 2021 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit

mr. A. van Holten, voorzitter, mr. drs. N.C. van Lookeren Campagne en mr. drs. L.C. Mulder, leden, bijgestaan door mr. L.E.M. Meekenkamp, secretaris.

 

 

secretaris        voorzitter

Naar boven