Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ R-20/8048/TA, 13 januari 2021, beroep
Uitspraakdatum:13-01-2021

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Nummer          R-20/8048/TA             

Betreft [klager]            Datum 13 januari 2021

Uitspraak van de beroepscommissie van de RSJ op het beroep van [klager] (hierna: klager)

1. De procedure

Klager heeft beklag ingesteld tegen:

a.  de vermissing van zijn legitimatiebewijs (PN-2020-95a);

b.  het onthouden van toegang tot medische zorg (PN-2020-95b);

c.  het niet in eigen beheer mogen hebben van een legitimatiebewijs (PN-2020-95c).

De beklagrechter bij FPC Pompestichting te Nijmegen (hierna: de instelling) heeft op 3 september 2020 beklag a. en c. ongegrond verklaard en klager niet-ontvankelijk verklaard in beklag b. De uitspraak van de beklagrechter is bijgevoegd.

Klagers raadsvrouw, mr. A.L. Louwerse, heeft namens klager beroep ingesteld tegen deze uitspraak.

De beroepscommissie heeft klager, zijn raadsvrouw en […], jurist bij de instelling, gehoord op de digitale zitting van 16 december 2020. Mw. E.W. Bevaart, senior secretaris bij de RSJ, was als toehoorder aanwezig.

2. De beoordeling

Beklag a. en c.

Hetgeen in beroep is aangevoerd inzake beklag a. en c. kan naar het oordeel van de beroepscommissie niet tot andere beslissingen leiden dan die van de beklagrechter. Het beroep zal daarom in zoverre ongegrond worden verklaard.

Beklag b.

Klager heeft recht op een second opinion. Het hoofd van de instelling dient hem daartoe in de gelegenheid te stellen. Door een miscommunicatie in de instelling vond deze second opinion twee weken later plaats dan aanvankelijk gepland. De beroepscommissie begrijpt dat dit voor klager – vanwege zijn pijnklachten – heel vervelend is geweest. Er is naar het oordeel van de beroepscommissie in dit geval echter geen sprake geweest van daadwerkelijk onthouden van toegang tot medische zorg, maar slechts van enig uitstel. De geplande afspraak heeft immers korte tijd later plaatsgevonden. De beklagrechter heeft klager op dit onderdeel dan ook terecht niet-ontvankelijk in zijn beklag verklaard. De beroepscommissie zal het beroep daarom ook in zoverre ongegrond verklaren en de uitspraak van de beklagrechter ten aanzien van beklag b. bevestigen met aanvulling van de gronden.

4. De uitspraak

De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de uitspraak van de beklagrechter, ten aanzien van beklag b. met aanvulling van de gronden.

Deze uitspraak is op 13 januari 2021 gedaan door de beroepscommissie, bestaande uit mr. A.M.G. Smit, voorzitter, dr. T. Jambroes en mr. T.B. Trotman, leden, bijgestaan door mr. P. de Vries, secretaris.

secretaris        voorzitter

Naar boven