Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 06/3210/GB, 2 maart 2007, beroep
Uitspraakdatum:02-03-2007

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 06/3210/GB

Betreft: [klager] datum: 2 maart 2007

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 30 november 2006 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing en de schriftelijke toelichting op het beroep door klagers raadsvrouw mr. J. Serrarens.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem niet te plaatsen in een beperkt beveiligde inrichting, ongegrond verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 27 februari 2006 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring (h.v.b.) Lelystad. Op 26 mei 2006 is hij geplaatst in de gevangenis Zuyderbos te Heerhugowaard, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.

3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager is van mening dat hij nimmer afspraken met politie en of justitie heeft gemaakt. Het verwijt dat hij zich niet aan de afspraken zou houden, is daarom niet terecht. Hij wist niet dat hij een gevangenisstraf uit moest zitten en daarom heeft hij
zich indertijd niet vrijwillig gemeld. Pas tijdens zijn verblijf in het h.v.b. kreeg klager te horen, waarom hij was aangehouden. Er bleek sprake van een veroordeling bij verstek. Klager had voorafgaand aan zijn arrestatie geen vaste woon- of
verblijfplaats. Namens klager is nog aangevoerd dat de inrichting alsook de reclassering positief adviseren ten aanzien van klagers detentiefasering. Enkel de politie heeft negatief geadviseerd. Uit de inrichtingsrapportage komt naar voren dat klager
gemaakte afspraken nakomt en goed functioneert. Klager heeft weliswaar getracht om zich voor de politie te verstoppen bij zijn aanhouding, maar daarbij was sprake van een paniekreactie. Klager verbleef toen tijdelijk bij zijn ex-echtgenote. Hij zou
gedurende de tijd dat zij werd opgenomen in het ziekenhuis voor de kinderen zorgen. Daar waar de politie opmerkt dat klager derden zou hebben ingeschakeld om uit de handen van justitie te blijven, wordt aangevoerd dat dit onjuist is. Daarvan blijkt
overigens verder ook niet uit de brief van de politie.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager heeft zich voor zijn aanhouding doelbewust onttrokken aan de tenuitvoerlegging van een (onvoorwaardelijke) gevangenisstraf van dertig maanden. Hij heeft toen niet gereageerd op de zogenaamde “zelfmeld-oproepen”. Klager is toen op de telex
geplaatst. Afspraken met de politie, om zich vrijwillig te komen melden op het politiebureau, is hij niet nagekomen. Om die reden is hij aangehouden door de politie. Bij die aanhouding gaf de hoofdbewoonster van het pand waar klager uiteindelijk werd
aangetroffen, aan dat klager zich daar niet zou bevinden. Klager is toen, nadat de verbalisanten middels een last tot binnentreden toegang tot de woning hadden verkregen, aangetroffen op de zolder van dat pand. Ook had klager meerdere personen
ingeschakeld om te voorkomen dat hij zou worden gearresteerd. Gelet op één en ander heeft de selectiefunctionaris onvoldoende vertrouwen in een goed verloop van eventuele regimaire verlofmogelijkheden.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis Zuyderbos is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. De beroepscommissie stelt vast dat zowel door de directeur van de gevangenis Zuyderbos als door de rapporteur van de Stichting Reclassering Nederland positief wordt geadviseerd ten aanzien van een overplaatsing van klager naar een beperkt
beveiligde inrichting. Eén en ander is gebaseerd op enerzijds klagers gedrag in de inrichting en anderzijds op de uitkomst van de RISc-analyse en het TR-advies. Tegenover die positieve adviezen staat het negatieve advies van de politie. Voor zover
daarin aandacht wordt gevraagd voor het feit dat klager niet heeft gereageerd op “zelfmeld-oproepen”, kan hetgeen klager daarover heeft aangevoerd aannemelijk worden geacht nu uit de omtrent klager bestaande gegevens van de gemeenschappelijke
basisadministratie blijkt dat klager sinds 31 december 2003 geen bekende woon- of verblijfplaats in Nederland heeft gehad. De door de politie gegeven informatie over de arrestatie van klager is door klager bestreden. Nu de informatie over klagers
gedrag
gedurende diens detentie positief is, moet worden geoordeeld dat – gelet op het op resocialisatie gerichte uitgangspunt van de tenuitvoerlegging van de vrijheidstraf – de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de
selectiefunctionaris
bij afweging van alle in aanmerking komende belangen onredelijk worden geacht.
Derhalve dient de bestreden beslissing te worden vernietigd.
Aan de selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie acht geen termen aanwezig voor het toekennen van een tegemoetkoming, nu de rechtsgevolgen van de bestreden beslissing ongedaan zijn te maken.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing. Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan. Zij
kent klager geen tegemoetkoming toe.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 2 maart 2007

secretaris voorzitter

Naar boven