Nummer: 06/2623/GB
Betreft: [klager] datum: 20 december 2006
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 4 oktober 2006 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager ongegrond verklaard. Het bezwaar was gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis voor psychologisch onvolwassenen (jovo-gevangenis) Nieuw Vosseveld te Vught.
2. De feiten
Klager is sedert 06 februari 2006 gedetineerd. Hij verbleef in het huis van bewaring (h.v.b.) Torentijd te Middelburg. Vanuit deze inrichting is hij op
21 augustus 2006 geselecteerd voor en op 24 augustus 2006 overgeplaatst naar de jovo-gevangenis Nieuw Vosseveld, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.
3. De standpunten
3.1. Het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris is door klager als volgt toegelicht.
Klager heeft problemen met mensen in zijn zaak die ook in Vught gedetineerd zijn en voelt zich bedreigd. Daarbij heeft hij zijn moeder al niet meer gesproken sinds het begin van zijn detentie. Omdat zij erg ziek is en geen eigen vervoer heeft is het
erg
moeilijk voor haar om op bezoek te komen. Als aanvulling op zijn beroep heeft hij onder andere een doktersverklaring opgestuurd waaruit blijkt dat zijn moeder hem niet kan komen opzoeken in Vught.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Indien via een medische verklaring kan worden aangetoond, dat een verplaatsing gewenst is, dan is herziening van het bestreden besluit mogelijk. De reisafstand is vervelend, echter, dit is een voortvloeisel van de detentie. Bovendien is een goede
capaciteitsaanwending belangrijk. De noodzaak tot een snelle plaatsing van klager blijkt alleen al uit de datum van plaatsing (24 augustus 2006).
Op het moment van selectie kende de jovo-gevangenis De Schie een wachtlijst van vijf kandidaten, terwijl er voor Vught geen wachtlijst bestond. Daarom is niet meegegaan in de voorkeur van klager en is ook zijn bezwaar ongegrond verklaard. Het feit dat
klager in de jovo-gevangenis Vught tegen een aantal problemen oploopt staat los van het genomen besluit.
4. De beoordeling
4.1. De jovo-gevangenis Nieuw Vosseveld is een gevangenis voor psychologisch onvolwassenen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.
4.2. De beroepscommissie stelt vast dat het beroep van klager niet is gericht tegen zijn jovo-indicatie, maar dat hij het niet eens is met de locatie waar hij dient te verblijven omdat zijn moeder hem nu niet kan komen bezoeken.
Naar aanleiding van de door klager overgelegde medische verklaring is onderzoek verricht naar de echtheid daarvan. De verklaring bleek niet afkomstig van de arts van klagers moeder en evenmin was de daarin vermelde medische informatie juist. Klagers
stelling dat zijn moeder erg ziek is en hem daarom niet kan komen opzoeken in Vught is hierdoor niet aannemelijk.
4.3. De beslissing van de selectiefunctionaris kan, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt nu klager voldoet aan de criteria die gelden voor de onder 4.1. genoemde inrichting. Hetgeen
klager heeft aangevoerd over de bezoekmogelijkheden wordt niet door de feiten onderschreven en kan daarom niet tot een ander oordeel leiden.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van D.C. Carsten, secretaris, op 20 december 2006
secretaris voorzitter