nummer: 06/1785/GM
betreft: [klager] datum: 21 november 2006
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 30 van de Penitentiaire maatregel (Pm) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen medisch handelen door of namens de inrichtingsarts verbonden aan de detentieboot Reno te Rotterdam,
alsmede van de overige stukken, waaronder het verslag van 3 juli 2006 van de bemiddeling door de medisch adviseur bij het ministerie van Justitie.
Klager en de inrichtingsarts zijn uitgenodigd om ter zitting van de beroepscommissie van 13 oktober 2006, gehouden in de penitentiaire inrichtingen Amsterdam te worden gehoord. Hoewel voor klagers vervoer naar de zitting was zorggedragen, heeft hij
daarvan geen gebruik gemaakt. De inrichtingsarts verbonden aan de detentieboot Reno heeft schriftelijk laten weten verhinderd te zijn ter zitting te verschijnen.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De inhoud van het beroep
De klacht, zoals neergelegd in het verzoek om bemiddeling aan de medisch adviseur van 23 mei 2006, betreft het niet serieus nemen van klagers klachten aan de knie.
2. De standpunten van klager en de inrichtingsarts
Klager heeft zijn standpunt in beroep niet toegelicht.
De inrichtingsarts heeft geen standpunt ingenomen.
3. De beoordeling
Op grond van artikel 30, eerste lid, Pm dient het beroepschrift met redenen omkleed te zijn. Het thans voorliggende beroepschrift voldoet niet aan die eis. Nu klager geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid zijn beroep ter zitting van de
beroepscommissie toe te lichten, dient hij niet-ontvankelijk in zijn beroep te worden verklaard.
4. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.
Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. Chr.M. Aarts, voorzitter, J.G.J. de Boer en drs. M.F. van Brederode-Zwart, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 21 november 2006
secretaris voorzitter