Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 06/1330/GB, 31 augustus 2006, beroep
Uitspraakdatum:31-08-2006

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 06/1330/GB

Betreft: [klager] datum: 31 augustus 2006

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 11 mei 2006 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de afdeling voor psychologisch onvolwassenen Noordsingel (huis van bewaring, hierna jovo-h.v.b. Noordsingel) te Rotterdam ongegrond
verklaard.

2. De feiten
Klager is sedert 6 maart 2006 gedetineerd. Hij verbleef als preventief gehechte in het h.v.b. Rotterdam te Krimpen aan den IJssel. Op 24 mei 2006 is hij overgeplaatst naar het jovo-h.v.b. Noordsingel.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht. Klager kan niet functioneren met mensen van zijn leeftijd. Klager ergert zich mateloos aan deze mensen en heeft geen zin om in problemen
te
komen. Hij wil aan zijn toekomst werken en samen met zijn verloofde een gezin opbouwen. Klager wil niet aan zijn verleden worden herinnerd. De bezoekregeling in het h.v.b. Rotterdam is goed in te passen in het drukke rooster van klagers vriendin. Door
de overplaatsing naar het jovo-h.v.b. Noordsingel kan klager zijn vriendin, nu zij vanwege haar studie in bezoekmogelijkheden beperkt wordt, slechts één à twee keer per maand zien. Sinds klager zijn vriendin heeft, heeft hij de wil zijn leven te
verbeteren en een normaal leven te gaan leiden, iets wat hij daarvoor totaal niet had. Klager heeft haar nodig om door te zetten. Er zal een manier gevonden moeten worden waardoor overplaatsing niet nodig is.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht. Ten aanzien van klager is een jovo-indicatiestelling opgemaakt. Klager scoort op tekortkomingen met betrekking tot opleiding. Hierop is hij geselecteerd voor het
jovo-h.v.b. Noordsingel. Klager was eerder in een jovo-regime gedetineerd en heeft daar geen goede herinneringen aan. Tevens zijn de bezoektijden in het h.v.b. Rotterdam gunstig voor zijn studerende vriendin. De redenen die klager heeft aangegeven in
zijn bezwaarschrift zijn onvoldoende om af te wijken van het verplichtende karakter van het jovo-beleid.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte in afwachting van zijn plaatsing in een gevangenis, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Volgens artikel 16 van de Regeling selectie, plaatsing en overplaatsing van gedetineerden (verder: de Regeling) worden in inrichtingen of afdelingen voor bijzondere opvang van psychologisch onvolwassenen onder meer gedetineerden geplaatst die
ouder zijn dan 17 jaar en die zich door hun gedrag kenmerken als psychologisch onvolwassen. Uit het handboek voor de bijzondere opvang van psychologisch onvolwassen mannen binnen het gevangeniswezen, Ministerie van Justitie, Dienst Justitiële
Inrichtingen, augustus 2001, kan worden afgeleid dat psychologische onvolwassenheid zich in algemene zin kenmerkt door een gebrek aan vaardigheden die noodzakelijk zijn voor een goede persoonlijke ontwikkeling. Daarbij komt dat gedetineerden in de
leeftijd van 16 tot (indicatief) 24 jaar zich in het algemeen in een relatief kwetsbare periode van hun ontwikkeling bevinden. Om te bepalen of een gedetineerde is gebaat bij plaatsing in een inrichting voor psychologisch onvolwassenen vindt
indicatiestelling plaats.

4.3. De beroepscommissie stelt vast dat klager, gelet op de tekst van artikel 16 aanhef en onder b, van de Regeling qua leeftijd valt onder de categorie gedetineerden die in een jovo-inrichting kunnen worden geplaatst. Voorts is uit klagers
indicatiestelling gebleken dat hij een tekortkoming heeft wat betreft opleiding en dit maakt dat hij eveneens voldoet aan het tweede criterium van artikel 16 van de Regeling. Tegen de achtergrond van het onder 4.2 overwogene komt de beroepscommissie
tot
het oordeel dat de beslissing van de selectiefunctionaris, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet als onredelijk of onbillijk kan worden aangemerkt. Hetgeen klager heeft aangevoerd omtrent de beperkte mogelijkheden van zijn vriendin
om hem te bezoeken en zijn omgangsproblemen met leeftijdsgenoten, maakt dit niet anders.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 31 augustus 2006

secretaris voorzitter

Naar boven