Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 06/0776/GB, 22 mei 2006, beroep
Uitspraakdatum:22-05-2006

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 06/776/GB

Betreft: [klager] datum: 22 mei 2006

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 17 maart 2006 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar het huis van bewaring (h.v.b.) Lelystad of Zwolle afgewezen.

2. De feiten
Klager is sedert 7 maart 2006 gedetineerd. Hij verblijft als preventief gehechte in het h.v.b. Zwaag.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de afwijzing van het verzoek tot overplaatsing naar het h.v.b. Lelystad of Zwolle als volgt toegelicht.
Klager heeft verzocht om overplaatsing naar Zwolle of Lelystad. Reden daarvoor is dat hij daar bezocht kan worden door zijn ouders. Zijn ouders, die inmiddels bijna zeventig jaar zijn, kunnen de kosten van openbaar vervoer naar Zwaag niet opbrengen.
Daardoor kunnen zij hem niet meer bezoeken. Met name klagers moeder heeft daar veel problemen mee. Doordat hij zijn ouders niet meer ziet, krijgt klager het gevoel extra gestraft te worden. Klager kan begrijpen dat hij in de buurt van het
arrondissement
waar hij wordt vervolgd, moet worden geplaatst. Daarom zou hij alsnog graag worden overgeplaatst naar Lelystad.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klager wil met name worden overgeplaatst in verband met bezoekproblemen bij zijn verblijf in Zwaag. Klager is gedetineerd voor het parket Amsterdam en dient daarom in beginsel geplaatst te worden in een inrichting in die omgeving. De argumenten van
klager met betrekking tot de problemen met het bezoek zijn, terwijl de selectiefunctionaris in zijn beslissing heeft aangegeven dat dit voor een behandeling van een nieuw overplaatsingsverzoek wenselijk is, ook in beroep niet nader onderbouwd of
ondersteund door een deskundige.

4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.

4.2. Klager heeft verzocht om overplaatsing naar een h.v.b. in Lelystad of Zwolle, welke beide huizen van bewaring niet vallen binnen het arrondissement Amsterdam. In beginsel heeft de selectiefunctionaris – onder meer – tot taak om de goede
rechtsgang te bewaken. Daarvoor is het wenselijk dat een gedetineerde verblijft in een huis van bewaring in het arrondissement alwaar de strafvervolging plaats heeft. Nu klager verblijft in het h.v.b. Zwaag en hij vervolgd wordt in het arrondissement
Amsterdam, is daaraan voldaan. De selectiefunctionaris heeft dat belang van die goede rechtsgang in dit geval – nu klagers stelling met betrekking tot de onmogelijkheid voor zijn ouders om hem in Zwaag te komen bezoeken niet nader is onderbouwd –
zwaarder mogen laten wegen dan het door klagers gestelde persoonlijke belang.
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris moet daarom, bij afweging van alle in aanmerking komende belangen, niet onredelijk of onbillijk worden geacht.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 22 mei 2006

secretaris voorzitter

Naar boven