nummer: 05/2023/GA
betreft: [klager] datum: 20 september 2005
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een uitspraak van 3 augustus 2005 van de alleensprekende beklagrechter bij het huis van bewaring Veenhuizen, betreffende de vermissing van een geldbedrag van € 100,=,
alsmede van de overige stukken, waaronder de uitspraak waarvan beroep, welke in afschrift aan deze uitspraak is gehecht.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt:
1. De beoordeling
De beklagrechter heeft klager niet-ontvankelijk verklaard in zijn beklag en de zaak ter verdere behandeling verwezen naar de commissie van toezicht te Amsterdam. Daarmee is in feite sprake van een tussenbeslissing, waartegen geen afzonderlijk beroep
openstaat, zodat als na te melden beslist moet worden.
2. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart klager niet-ontvankelijk in zijn beroep.
Aldus gedaan door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.J. van Oostveen, voorzitter, mr. J.P. Balkema en dr. J.P.S. Fiselier, leden, in tegenwoordigheid van R. Kokee, secretaris, op 20 september 2005
secretaris voorzitter