Nummer: 05/1353/GB
Betreft: [klager] datum: 24 augustus 2005
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift, ingediend door mr. E.C. Visser, namens
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 26 mei 2005 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de beslissing waarvan beroep.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft klagers verzoek tot overplaatsing naar een huis van bewaring (h.v.b.) in de regio Rotterdam of Den Haag afgewezen.
2. De feiten
Klager is sedert 25 februari 2005 gedetineerd en verblijft als preventief gehechte in het h.v.b. Grave.
3. De standpunten
3.1. Namens klager is het beroep als volgt toegelicht.
Klager heeft op 12 april 2005 een negatieve beschikking gekregen op een verzoek tot overplaatsing. Omdat er sindsdien nog geen zes maanden zijn verstreken is zijn meest recente verzoek ook afgewezen. Klager beheerst de Nederlandse taal niet en is
analfabeet. De inhoud en strekking van de beschikking van 12 april 2005 waren hem dan ook onbekend tot aan het bezoek van zijn raadsman op 20 mei 2005. De termijn voor indiening van een beroepschrift was op dat moment al overschreden en om die reden
heeft klager het advies gekregen om nogmaals een verzoek in te dienen, zodat tegen een afwijzing wel beroep zou kunnen worden ingesteld. Het beroepschrift richt zich tegen de inhoudelijke beslissing om overplaatsing af te wijzen en richt zich dan ook
tegen de beschikkingen van 12 april en 26 mei 2005. Klager heeft vrienden en kennissen die in de buurt van Den Haag en Rotterdam wonen en zijn raadsman is gevestigd te Amsterdam. De reis naar Grave is voor zijn bezoek kostbaar en door de grote afstand
tijdrovend. Door fileproblemen en vertragingen in het openbaar vervoer is het al meermalen voorgekomen dat het bezoek te laat is gekomen. Klager maakt onderdeel uit van een grootschalig onderzoek en het is niet uitgesloten dat hij nog geruime tijd in
voorlopige hechtenis zal blijven. Gelet op de omvang en complexiteit van de zaak alsmede de taalproblematiek, is veelvuldig bezoek van zijn raadsman noodzakelijk. De reis van Amsterdam naar Grave en terug neemt gemiddeld ruim vier uur in beslag.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de afwijzing van genoemd verzoek als volgt toegelicht.
Klagers verzoek om overplaatsing is afgewezen omdat artikel 18, derde lid (oud), Pbw bepaalt dat pas na zes maanden nadat een verzoekschrift is afgewezen een nieuw verzoekschrift kan worden ingediend. Op zijn eerste verzoek is op 12 april 2005 negatief
beslist. Dat klager de Nederlandse taal niet beheerst en analfabeet is kan de selectiefunctionaris niet worden aangerekend.
4. De beoordeling
4.1. Klager behoort, gelet op zijn status als preventief gehechte, tot de categorie gedetineerden voor opneming van wie de huizen van bewaring zijn bestemd.
4.2. Artikel 18, vierde lid, Pbw bepaalt dat indien het verzoekschrift, bedoeld in het eerste lid, is afgewezen, zes maanden na deze afwijzing opnieuw een dergelijk verzoekschrift kan worden ingediend.
4.3. De selectiefunctionaris heeft bij beslissing van 12 april 2005 een verzoek om overplaatsing van klager afgewezen. Namens klager is op 20 mei 2005 opnieuw eenzelfde verzoek om overplaatsing gedaan. Gelet op het bepaalde in artikel 18, vierde
lid,
Pbw is de beslissing van de selectiefunctionaris, gelet op de gronden waarop deze is gebaseerd, te verstaan als een niet-ontvankelijkverklaring. Die beslissing is juist.
Hetgeen over de taalproblemen van klager naar voren is gebracht, tast dat oordeel niet aan. Het had op de weg van klager gelegen om tijdig zijn raadsman, personeel van de inrichting of medegedetineerden naar de strekking van de beslissing van 12 april
2005 te vragen.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en mr. J.R. Meijeringh, leden, in tegenwoordigheid van mr. S. Jousma, secretaris, op 24 augustus 2005.
secretaris voorzitter