Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 05/1775/GB, 7 september 2005, beroep
Uitspraakdatum:07-09-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 05/1775/GB

Betreft: [klager] datum: 7 september 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 7 juli 2005 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem te plaatsen in de gevangenis De Marwei te Leeuwarden ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 13 december 2004 gedetineerd. Hij verblijft in het huis van bewaring (h.v.b.) Utrecht te Nieuwegein. Vanuit deze inrichting is hij geselecteerd voor de gevangenis De Marwei, waar een regime van algehele gemeenschap geldt. Deze
plaatsing was ten tijde van het instellen van het beroep nog niet gerealiseerd.

2.2. Klager ondergaat een gevangenisstraf van 12 maanden met aftrek. De tenuitvoerlegging van deze straf is aangevangen op 20 april 2005. Aansluitend dient hij een gevangenisstraf van zes weken te ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum
valt op of omstreeks 7 september 2005. Aansluitend dient hij eventueel een subsidiaire hechtenis van in totaal 15 dagen te ondergaan.

3. De standpunten
3.1. Door klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Klager heeft reeds langer ruzie met een in de gevangenis De Marwei verblijvende gedetineerde, voor wie hij bang is. Klager ziet ook geen mogelijkheid om zijn problemen met die gedetineerde op te lossen. Dat is al eerder geprobeerd en toen ook niet
gelukt. Klager zou graag willen worden geplaatst in de gevangenis Zutphen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is op basis van het door het BSD van het h.v.b. Utrecht opgemaakte selectieadvies geselecteerd voor plaatsing in de gevangenis De Marwei. Klager heeft bezwaar tegen die selectie omdat aldaar kennelijk een gedetineerde verblijft met wie hij in
het
verleden problemen heeft gehad. Bij het BSD van het h.v.b. Utrecht is niets bekend over dit probleem. De selectiefunctionaris heeft aan medewerkers van het BSD van het h.v.b. Utrecht verzocht om bij klager te informeren naar de redenen voor die angst
van klager. Klager heeft desgevraagd geantwoord dat dit het BSD niets aanging en dat dit een zaak tussen die betreffende gedetineerde en hemzelf betreft.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis De Marwei is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Klager heeft aangevoerd dat hij niet in de gevangenis De Marwei kan worden geplaatst omdat daar een medegedetineerde verblijft met wie hij problemen heeft. Nu klager de aard en omvang van die problemen noch tegenover de selectiefunctionaris
noch
in zijn beroepschrift nader feitelijk heeft onderbouwd, ziet de beroepscommissie in die enkele mededeling van klager onvoldoende aanknopingspunten om het beroep gegrond te verklaren.
De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris is, nu klager voldoet aan de voor de onder 4.1 genoemde inrichting geldende criteria, niet in strijd met de wet en kan, bij afweging van alle in aanmerking komende
belangen, evenmin als onredelijk of onbillijk worden aangemerkt.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.P. Balkema, voorzitter, mr. A.G. Bosch en mr. J.J. van Oostveen, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 7 september 2005

secretaris voorzitter

Naar boven