Onderwerp: Bezoek-historie

RSJ 04/1693/GB, 28 april 2005, beroep
Uitspraakdatum:28-04-2005

Dit onderwerp bevat de volgende rubrieken.

Uitspraak

Nummer: 04/1693/GB

Betreft: [klager] datum: 28 april 2005

De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van

[...], verder te noemen klager,

gericht tegen een op 6 juli 2004 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,

alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.

Klager is op 25 februari 2005 door een lid van de Raad gehoord.

Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.

1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar de gevangenis voor beperkt gemeenschaps geschikten (bgg) Nieuw Vosseveld te Vught ongegrond verklaard.

2. De feiten
2.1. Klager is sedert 12 augustus 2002 gedetineerd. Op 11 juni 2004 is hij overgeplaatst naar de gevangenis Nieuw Vosseveld, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt. Op 23 maart 2005 is hij overeenkomstig zijn verzoekovergeplaatst naar de gevangenis Overmaze te Maastricht, waar eveneens een regime van beperkte gemeenschap geldt.

2.2. Bij uitspraak van 17 december 2004, met nummer K.2907/04/NB, van de beklagcommissie bij de penitentiaire inrichtingen Veenhuizen, is klagers beklag betreffende de beslissing van de directeur van 26 mei 2004 ongegrond verklaard.Klager is niet in beroep gekomen waardoor deze uitspraak onherroepelijk is geworden.

3. De standpunten
3.1. Klager heeft zijn beroep -zakelijk weergegeven- als volgt toegelicht.
Klager wordt verdacht van het beramen van een (poging tot) ontvluchting en van valsheid in geschrifte. Wat dit laatste betreft heeft klager verklaard dat hij een kopie heeft gemaakt van een formulier dat hij van de badmeester hadontvangen, teneinde een televisie in te voeren. Klager ziet dit niet als valsheid in geschrifte. Verder wordt gezegd dat klager slecht functioneert in de groep. Hoe kan hij dan toch kamerreiniger zijn? Klager is dat al vijf maanden.Van de ene op de andere dag werd hem medegedeeld dat hij niet meer zou functioneren, terwijl zijn mentor kort ervoor had gezegd dat het perfect ging. Als hij negatief bekend stond in de groep waarom is hij dan niet eerder uit zijnbaantje gezet?
Klager heeft het idee dat hij is overgeplaatst naar een afdeling voor beperkt gemeenschaps geschikten (bgg) omdat hij vele beklagzaken heeft lopen. Ook om die reden is zijn verblijf op de bgg voor drie maanden verlengd. Klager vindtdat hij in beklag mag gaan als hij daar een reden toe heeft. Er is geen sprake van dat hij tegen het systeem zou schoppen. Klager vindt dat hij in zijn belangen is geschaad. Hij weet niet waar de opmerking dat hij anderen voor zijnkarretje spant op is gebaseerd. Klager geeft toe geen modelgedetineerde te zijn, maar hij gedraagt zich wel correct. Hij heeft inderdaad geweigerd mee te werken aan een isoplaatsing en ook gezegd: “Ik steek je”. Hij was boos.
Klager zit inmiddels drieëneenhalf jaar. Hij geeft aan dat hem gratie zou zijn verleend en dat hij in december vrijkomt. Klager heeft geen verzoek tot overplaatsing gedaan. Binnen korte tijd zal hij wel worden overgeplaatst naar debgg te Maastricht. Hij is niet in beroep gegaan tegen de beslissing van de beklagcommissie omdat de beklagcommissie het eens was met de redenen die aan zijn overplaatsing ten grondslag lagen.

3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager is op 26 mei 2004 in afzondering geplaatst in afwachting van de resultaten naar het onderzoek naar vermeende valsheid in geschrifte. Het onderzoek leverde op dat klager zich daadwerkelijk schuldig heeft gemaakt aan valsheidin geschrifte. Hij heeft doen voorkomen alsof er een tv voor hem ter invoer is aangeboden, daarbij heeft hij gebruik gemaakt van een formulier dat vals bleek te zijn. Verder is gebleken dat klager medegedetineerden, die daar weinigweerstand aan kunnen bieden, zaken voor hem laat regelen die strijdig zijn met de orde en de veiligheid. Klagers gedrag heeft een negatieve invloed op de medegedetineerden. Hij heeft zich dreigend uitgelaten en de verwachting is dathij dat gedrag zal voortzetten. Hij weigerde mee te werken toen hij naar de afzondering moest worden overgebracht. Hij had zijn celdeur gebarricadeerd en was bezig zijn lichaam met een scherp lijkend voorwerp te bekrassen. Klagerpleegde actief verzet toen hij door het intern bijstands team uit zijn cel gehaald werd.

4. De beoordeling
4.1. De gevangenis Nieuw Vosseveld is een gevangenis voor mannen met een regime van beperkte gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.

4.2. Een tot gevangenisstraf veroordeelde dient te worden geplaatst in een inrichting met een regime van algehele gemeenschap, tenzij hiervoor op grond van de persoonlijkheid en/of het gedrag van de betrokkene gewichtigecontra-indicaties bestaan.
De selectiefunctionaris heeft de omtrent klagers persoonlijkheid en gedrag verstrekte gegevens, zoals vermeld in de inrichtingsrapportage en zoals verwoord in de op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing, inredelijkheid kunnen aanmerken als een contra-indicatie in bovenbedoelde zin. Derhalve is de beslissing klager over te plaatsen naar een inrichting met een regime van beperkte gemeenschap niet in strijd met de wet en evenmin alsonredelijk of onbillijk aan te merken.

5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep ongegrond.

Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. I. Lispet, secretaris, op 28 april 2005.

secretaris voorzitter

Naar boven