Nummer: 05/57/GB
Betreft: [klager] datum: 17 maart 2005
De beroepscommissie als bedoeld in artikel 73, eerste lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennis genomen van een bij het secretariaat van de Raad ingekomen beroepschrift van
[...], verder te noemen klager,
gericht tegen een op 7 januari 2005 genomen beslissing van de selectiefunctionaris,
alsmede van de overige stukken, waaronder de bestreden beslissing.
Klager is, bijgestaan door zijn raadsman mr. A.M. van Kuijeren, op 24 februari 2005 door een lid van de Raad gehoord.
Op grond van haar onderzoek overweegt en beslist de beroepscommissie als volgt.
1. De inhoud van de bestreden beslissing
De selectiefunctionaris heeft het bezwaarschrift van klager gericht tegen de beslissing hem over te plaatsen naar het huis van bewaring (h.v.b.) De Karelskamp te Almelo en zijn selectie voor plaatsing in de gevangenis De IJssel teKrimpen aan den IJssel, ongegrond verklaard.
2. De feiten
2.1. Klager is sedert 28 november 2003 gedetineerd. Hij verbleef in de zeer beperkt beveiligde inrichting (z.b.b.i.) Niendure te Almelo. Op 29 december 2004 is hij, in afwachting van overplaatsing naar de gevangenis De IJssel,overgeplaatst naar het h.v.b. De Karelskamp, waar een regime van beperkte gemeenschap geldt. Op 8 februari 2004 is klager overgeplaatst naar de gevangenis De IJssel, waar een regime van algehele gemeenschap geldt.
2.2. Klager ondergaat een gevangenisstraf van twee jaar met aftrek. Aansluitend dient hij nog een gevangenisstraf van twee maanden te ondergaan. De wettelijk vroegst mogelijke v.i.-datum valt op of omstreeks 2 mei 2005.
3. De standpunten
3.1. Door en namens klager is het beroep tegen de bestreden beslissing van de selectiefunctionaris als volgt toegelicht.
Toen klager bij [...] werkte is er inderdaad een ongelukje gebeurd met een spijkerpistool. Daarbij is toen iemand in zijn kleding geraakt. Dat was echter een ongelukje, het pistool blokkeerde en klager probeerde het pistool weervrij te krijgen. Daarbij had hij per ongeluk de druk niet van het pistool gehaald. Er is vervolgens een gesprek geweest met de bedrijfsleider en daarmee was in de ogen van klager alles opgelost. Door een medewerker van [dit bedrijf]is gezegd dat er niet in de lucht mocht worden geschoten. Klager zou dat nooit doen, hij weet hoe gevaarlijk dat kan zijn. Door in de lucht te schieten zou hij zichzelf en zijn collega’s immers in gevaar brengen. Na het gesprek metde bedrijfsleider mocht klager weer verder met zijn werk. Een en ander is gebeurd op 24 december 2004. De daaropvolgende maandag hoorde klager dat hij niet meer hoefde te komen werken. Klager is nooit gewaarschuwd op het werk dathij zich zou hebben misdragen. Klager is het niet eens met zijn terugplaatsing. Door dit voorval is zijn penitentiair programma, dat zeven dagen later van start zou gaan, niet doorgegaan. Klager heeft een en ander ook nooit met dedirecteur kunnen bespreken. Hij werd pas op de hoogte gesteld van het standpunt van Soweco toen er een overplaatsingsbeslissing kwam. Klager verblijft thans in de locatie De IJssel in Krimpen aan den IJssel. Zijn v.i.-datum is,anders dan op zijn registratiekaart stond vermeld, 2 mei 2005. Klager zou graag in de gelegenheid worden gesteld om alsnog deel te nemen aan een penitentiair programma. Hij kan in principe werken bij de SVB in Delft en een opleidingvolgen.
3.2. De selectiefunctionaris heeft de bestreden beslissing als volgt toegelicht.
Klager verbleef in de z.b.b.i. Niendure en werkte sinds 24 december 2004 bij een bedrijf (een palletfabriek) in Nijverdal. Blijkens de verklaring van een medewerker van dat bedrijf bleef klager, ook na herhaaldelijk waarschuwen,doorgaan met het in het wilde weg in de lucht schieten met spijkers (tackers). Dit gedrag brengt de veiligheid van de andere medewerkers in gevaar en dat is niet te tolereren. Consequentie van dit gedrag was dat klager niet langergewenst was bij dat bedrijf. Omdat voor een verblijf in een z.b.b.i. het hebben van werk een voorwaarde is, heeft klager zijn kansen op een langer verblijf in de z.b.b.i. Niendure verspeeld.
4. De beoordeling
4.1. Nu het beroep feitelijk is gericht tegen klagers wegplaatsing uit de z.b.b.i. Niendure, zal de beroepscommissie de overplaatsingsbeslissing naar het h.v.b. De Karelskamp bij de beoordeling verder buiten beschouwing laten enslechts de overplaatsingsbeslissing naar de gevangenis De IJssel beoordelen. Indien en voorzover de uitspraak van de beroepscommissie aanleiding zou geven voor de toekenning van een financiële tegemoetkoming, zal zij de tijd dieklager in het h.v.b. De Karelskamp heeft doorgebracht in haar oordeel betrekken.
4.2. De gevangenis De IJssel is een gevangenis voor mannen met een regime van algehele gemeenschap en een normaal beveiligingsniveau.
4.3. De op de onder 3.2 genoemde gronden gebaseerde beslissing van de selectiefunctionaris moet bij afweging van alle in aanmerking komende belangen als onredelijk en onbillijk worden aangemerkt. Hierbij is in aanmerking genomendat die beslissing kennelijk is genomen naar aanleiding van een (summier) faxbericht van een medewerker van het bedrijf waar klager sinds korte tijd werkzaam was. Het was, nu klager de in zijn richting geuite beschuldigingenuitvoerig heeft weersproken, noodzakelijk dat de selectiefunctionaris, alvorens zijn beslissing tot herselectie te nemen, uitgebreider onderzoek naar het betreffende voorval had gedaan. Aangezien zulks niet is geschied dient debestreden beslissing te worden vernietigd.
De selectiefunctionaris zal worden opgedragen een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van deze uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
De beroepscommissie zal in een afzonderlijke beslissing bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.
5. De uitspraak
De beroepscommissie verklaart het beroep gegrond en vernietigt de bestreden beslissing.
Zij draagt de selectiefunctionaris op een nieuwe beslissing te nemen met inachtneming van haar uitspraak binnen een termijn van twee weken na ontvangst daarvan.
Zij zal in een afzonderlijke beslissing bepalen of enige tegemoetkoming aan klager geboden is.
Aldus gegeven door de beroepscommissie voornoemd, bestaande uit mr. J.R. Meijeringh, voorzitter, mr. A.G. Bosch en dr. G.J. Fleers, leden, in tegenwoordigheid van mr. H.M.J.D. Maes, secretaris, op 17 maart 2005.
secretaris voorzitter